’We zijn hier wel ‘n tijdje’
WETTEREN (ANP). Wegversperringen domineren de Vlaamse plaats Wetteren, bij Gent, waar zaterdagochtend vroeg wagons van een goederentrein met de gevaarlijke stof acrylnitryl ontploften en in brand raakten. Overal staat politie. Midden in het dorp is een commandocentrum opgetrokken. Brandweer en politie, maar ook defensie en het Rode Kruis zijn er neergestreken. Drinkwatervoorzieningen zijn er, evenals een vuilstortplaats.
„We zijn hier waarschijnlijk wel geruime tijd opgesteld”, zegt Ignace Demeyer, coördinator medische hulpverlening. „Dit is een van de best georganiseerde rampcoördinatieplekken ooit. Wij zijn voorbereid.”
Honderden hulpverleners lopen rond in het zenuwcentrum. Geregeld vertrekt een brandweerwagen met loeiende sirenes, op weg naar een mogelijk lek. Er is onder de bevolking van Wetteren geen paniek, aldus Demeyer. Maar lichte paranoia soms wel. Geregeld bellen bewoners dat ze een gaslucht ruiken. „Maar iets ruiken betekent niet dat het giftig is”, zegt hij.
In een van de rode tenten ligt de kaart van Wetteren met daarop aangegeven waar op dat moment metingen plaatsvinden. In astronautenpakken worden de metingen verricht. Er wordt geen enkel risico genomen, maar het is niet helemaal uit te sluiten dat de hulpverleners gevaar lopen. Enkelen werden ook al behandeld, aldus gouverneur Jan Briers van de provincie Oost-Vlaanderen, waarin Wetteren ligt.
Hoelang de rampenbestrijding moet doorgaan, is koffiedik kijken. „Het zullen minstens enkele dagen zijn”, aldus Demeyer. Bij de ontploffing kwamen giftige gassen vrij. En met het bluswater is dat ook in de riolering terechtgekomen. Het gif kan in hoge concentraties dodelijk zijn. Inademing van lage concentraties kunnen hoofd- en keelpijn en irritatie aan luchtwegen veroorzaken. Maar dat is niet schadelijk voor later, aldus Demeyer. „Je houdt er niets aan over”, verzekert hij.
Briers kijkt „gegeven de omstandigheden” heel tevreden terug op de hulpverlening. Het werk is niet altijd even makkelijk omdat „we soms elk uur met een andere situatie zitten”. Maar de opvang van de mensen is goed geregeld. Ook de bewoners weten niet wat ze meemaken. Sommigen nemen foto’s van het commandocentrum.