„Het christelijk geloof holt tegenwoordig misschien achteruit, maar er zijn nu meer en vooral jonge mensen die bewust geloven en kiezen voor God”, stellen beiden.

Kin durfde tijdens een belangrijk gesprek voor een nieuwe klus aan te geven dat degene die tegenover hem zat naar zijn mening erg veel vloekte en dat de man dit beter achterwege kon laten. „Natuurlijk was dit lastig, maar ik deed het toch. Mijn bedrijf ontving de klus. Mijn opmerking zorgde er ook voor dat ik een goede band met deze leidinggevende kreeg. Mensen hebben er respect voor dat je opkomt voor je geloof, voor je principes. Ik hoor vaak zeggen dat waarschuwen tegen vloeken vechten tegen de bierkaai is. Mensen vragen zich af waar ze dit voor doen. Ik kan hun vertellen dat deze leidinggevende zich bewust is geworden van zijn taalgebruik. Daar doe je het voor.”

Missie

Coster en Kin zijn al een paar jaar actief in de plaatselijke werkgroep van de Bond tegen vloeken. Sinds een jaar zijn de twee het aanspreekpunt van het bestuur. Hun missie is ervoor te zorgen dat de Naam van God niet ijdel wordt gebruikt. Ze strijden ook voor respectvol taalgebruik. „Veel mensen hebben een godsbesef en daarom vloeken ze. Ze roepen God aan als ze zich ergens kwaad over maken, wanneer iets niet lukt of als ze iets kracht willen bijzetten. God is groot en heilig. Het is ongepast om Zijn Naam hiervoor te gebruiken. Vloeken is bidden. Het betreft wel een gebed in de omgekeerde richting. Iemand vraagt aan God of Hij hem wil vervloeken.”

Beide inwoners van Staphorst vinden het als christen hun taak om wat van het vloeken te zeggen, ook in het belang van de vloeker. „Als je dit werk respectvol doet en met een glimlach, bereik je veel. De meeste mensen vinden het niet erg. Ze waarderen het juist.”

Fatsoen

Coster en Kin groeiden op met het geloof. Ze zijn allebei lid van de Hersteld Hervormde Kerk, de een in Rouveen, de ander in Staphorst. De werkgroep waaraan beiden leidinggeven, is divers samengesteld. Er zitten leden in uit diverse religieuze gemeenschappen. „Dat is ook 
de bedoeling. De heilige Naam van God verbindt ons”, zeggen de twee bestuursleden. „Natuurlijk bestaan er verschillen, maar we zijn het eens over Gods grootheid. Zijn Naam is heilig en mag alleen op een heilige manier worden gebruikt, vinden we.”

Het is ook een kwestie van fatsoen, vindt Coster. „Als ik iemand hoor vloeken, dan raakt mij dat zeer. Stel dat iemand iets zeer kwalijks zegt over de vrouw van wie je houdt. Dat doet pijn vanbinnen. Hetzelfde gevoel krijg ik als ik iemand hartgrondig hoor vloeken. Iemand van Wie je heel veel houdt, God in dit geval, wordt belasterd. Het is zeer kwetsend. Ook daarom al zouden mensen niet moeten vloeken.”

Coster en Kin noemen zichzelf bevlogen leden van de werkgroep. „Voor ons is het bestaan van God geen geloof, maar een zeker weten. Vroeger was het geloof voor velen een automatisme. Je groeide ermee op en het was vanzelfsprekend. Nu zie je dat er misschien minder christenen zijn, maar christenen zijn wel veel bewuster met het geloof bezig. Dat zie je ook terug in ons bestuur, dat zeven jonge mensen telt. Geloven betekent leven in afhankelijkheid. God is heilig en almachtig. Hij leidt ons leven. Het is voor ons een uitdagende tijd. Natuurlijk staat het geloof onder druk, maar wij hebben wel de beschikking over de sociale media om onze boodschap uit te dragen. Dat doet de Bond tegen vloeken ook veelvuldig. We willen aandacht vragen voor de heilige Naam van God.”