Dat zeiden Amerikaanse experts vrijdag in The Los Angeles Times. De deskundigen reageren in de krant op de recent verschenen tussenrapportage van David Kay. Die geeft leiding aan een groot team van wetenschappers dat in Irak, tot dusver vergeefs, naar massavernietigingswapens speurt. Kay maakte in zijn rapportage melding van de vondst van een flesje met „C.botulinum Okra B” in het huis van een Iraakse wetenschapper. Het flesje lag al sinds 1993 in de vriezer van de Irakees.

Kay stelt in het rapport dat de gevonden stof de basis kan vormen voor de productie van biologische wapens. President Bush, vice-president Cheney en minister Powell van Buitenlandse Zaken, grepen deze passage van Kay aan om publiekelijk te verklaren dat Irak voor de oorlog een illegaal programma voor biowapens had.

Onder anderen oud-VN-wapeninspecteur David Franz spreekt dat in de krant tegen. Hij stelt dat de stof nimmer succesvol is toegepast als wapen. „De Sowjets kapten ermee en wij ook, omdat we de stof niet als wapen konden toepassen.” Zijn collega Raymond Zilinskas, eveneens ex-inspecteur en wapenexpert, onderstreept de visie van Franz. „Het is niet iets om bezorgd over te zijn”.

De chef-wapeninspecteur in de jaren negentig, de Zweed Rolf Ekéus, zegt vandaag in een gesprek met deze krant dat hij het bestaan van een biologisch wapenprogramma in Irak wel waarschijnlijk achtte. Volgens Ekéus schuilt het gevaar van Irak nog steeds in „de kennis” om biologische of chemische wapens te maken. „Om te voorkomen dat deze wetenschappers wereldwijd hun diensten aanbieden, is het belangrijk dat de VN zich weer met Irak bemoeien”, aldus Ekéus in deze krant.