Italië moet wachten op verkiezingsuitslag
ROME (ANP) – Italië wachtte maandagavond vergeefs op een officiële verkiezingsuitslag. Het centrumrechtse blok van Silvio Berlusconi vroeg de minister van Binnenlandse Zaken dinsdagochtend vroeg om de bekendmaking uit te stellen. Het verschil met het centrumlinkse blok van de oud-communist Pier Luigi Bersani zou „belachelijk klein” zijn.
Het ging dinsdagochtend inderdaad in de prognoses om slechts 0,4 procentpunt verschil. Wie het grootste blok is, is in het Italiaanse kiesstelsel van doorslaggevend belang. Het grootste blok krijgt namelijk in de Kamer van Afgevaardigden een ‘meerderheidspremie’, die tenminste 55 procent van de zetels garandeert.
Berlusconi’s PDL wil dat de Algemene Rekenkamer de officiële uitslag vaststelt op basis van de processen-verbaal uit de stembureaus. Volgens de publieke omroep RAI kan dat dagen duren.
In de Senaat is het plaatje er niet duidelijker op. Voor het eerst is er geen blok dat de absolute meerderheid heeft. Italiaanse politici en journalisten waarschuwen dan ook voor ‘onregeerbaarheid’. Het Berlusconi-kamp wordt naar verwachting met 115 zetels het grootste in de Senaat, maar blijft ver onder de absolute meerderheid van 158. En het kamp van demissionair premier Mario Monti (18 zetels) in het politieke midden zou onvoldoende zijn om Bersani (113 zetels) in de Senaat aan een meerderheid te helpen.
Probleem is de opkomst van de komiek Beppe Grillo, die met zijn Beweging 5 Sterren (M5S) voor het eerst meedoet aan landelijke verkiezingen en circa een kwart van de kiezers achter zich wist te krijgen.
Het is het ingewikkelde kiesrecht dat Italië parten speelt: in de Kamer krijgt het grootste blok op landelijk niveau ‘automatisch’ een meerderheid van ten minste 55 procent. Die ‘meerderheidspremie’ wordt echter in de Senaat per regio toegekend.
Politici en journalisten speculeren al over de mogelijkheid om meteen opnieuw naar de stembus te gaan. Anderen opperen een nieuwe „regering van nationale eenheid”, zoals het zakenkabinet van Mario Monti, dat Italië sinds november 2011 regeert. President Giorgio Napolitano had Berlusconi toen naar huis gestuurd omdat hij met zijn weinig solide financieel-economische beleid het vertrouwen van de beurzen had verloren. Daardoor werd het voor Italië steeds duurder om de enorme staatsschuld te herfinancieren.