Binnenland

Near East Ministry kiest niet voor of tegen Israël

Near East Ministry (NEM) probeert in het Midden-Oosten bruggen te bouwen door het dienen van Jood én Arabier. Uniek, maar ook complex en confronterend, zegt directeur ds. Kees Jan Rodenburg. NEM bestaat een halve eeuw.

Eunice Hoekman-van Stuijvenberg

22 February 2013 22:24Gewijzigd op 15 November 2020 02:07
Ds. Kees Jan Rodenburg. Foto Jaco Klamer
Ds. Kees Jan Rodenburg. Foto Jaco Klamer

Op tafel, in het kantoorpand van Near East Ministry te Voort­huizen, ligt een loper met daarop woorden uit Jesaja 19. „Te dien dage zal Israël de derde wezen met de Egyptenaren en met de Assyriërs, een zegen in het midden van het land.” De Bijbelverzen 23 tot 25 zijn sinds de oprichting richtinggevend voor de stichting.

In een recente column noemde u NEM evenwichtig en genuanceerd.

„Voor NEM staat verbondenheid met mensen voorop. De vraag is voor ons hoe we dienstbaar kunnen zijn aan zowel Israël als aan de andere volken in het Midden-Oosten. Met als gevolg: goede contacten aan beide zijden. We nemen geen politieke standpunten in, al heeft ieder binnen de organisatie zijn ideeën. Ideeën die soms best verschillend zijn. Tegelijk willen we vasthouden aan de Bijbelse belofte voor die regio. Voor ons is die te vinden in Jesaja 19.”

Daarbij neemt de stichting duidelijk stelling ten aanzien van Israël.

„Stellingname is er wel, maar niet waar er verschillend gedacht wordt over de staat. Een van de theologische uitgangspunten van de organisatie is dat Israël het verkoren volk is dat van God een bijzondere roeping heeft ontvangen. Maar we willen Israël niet de wet voorschrijven. Of vooroplopen met onze meningen. Hier geldt een oud adagium: handen gevouwen, handen uit de mouwen. Daarbij hoef je de ogen niet te sluiten voor zaken die niet goed gaan in het Midden-Oosten.”

Toch wordt deze nuancering door sommigen NEM niet in dank afgenomen.

„Dat klopt. We bezinnen ons momenteel op de focus voor de komende jaren. NEM werkt aan beide zijden. Dat is uniek, maar ook lastig. Mensen zeggen soms: „Jullie moeten voor of tegen Israël kiezen. Die beide kanten kun je niet bij elkaar houden.” Toch is dat onze roeping. Israël heeft nu eenmaal meer gezichten. Maar discussies hebben nogal eens plaats op het scherp van de snede. Laten we alleen daarom al wat afstand nemen. Respect tonen. Niet oordelen.”

Het Israëldebat lijkt te verscherpen.

„Het wordt steeds moeilijker om een normaal gesprek te voeren over Israël. Mensen denken steeds meer zwart-wit. Ze schetsen nogal eens karikaturen van de tegenpartij. Ja, waar komt dat door? Ik denk dat de situatie in de regio onoverzichtelijk is geworden. De laatste tien, vijftien jaar dienen zich steeds minder kansen aan die tot een vredesakkoord zouden kunnen leiden. Aan beide kanten lopen de spanningen daarom hoog op.

Een tweede punt is dat veel kerken pas sinds kort oog hebben voor de Arabische kant van de zaak en daar wat verlegen mee zijn. In het debat krijg je al snel een stempel opgedrukt. Ineens heet het dat je bent overgelopen. Verder is er nauwelijks nog besef van wat er in de geschiedenis van het Nabije Oosten gebeurd is, en hoe het bestaan van Israël een paar keer aan een zijden draadje heeft gehangen.

Ik heb geen antwoorden. Ik probeer alleen de verschillende visies bij elkaar te houden. Israël is een volk dat door God apart is gezet en recht heeft op een eigen land. Tegelijk geldt Gods liefde andere volken. Wij moeten doordenken wat dat betekent voor ons handelen.”

Het is dus balanceren voor u als NEM-directeur.

„Niet alleen voor mij. Dat is altijd al zo geweest. Wat mij bezighoudt, is hoe we de nieuwe generatie enthousiast kunnen maken voor het werk. Er komen maar weinig mensen naar ons toe die uitgezonden willen worden naar het Midden-Oosten. Deze ontwikkeling is eveneens zichtbaar bij andere zendingsorganisaties. Wat ik heel graag zou willen, is jonge mensen helpen bij het vormen van een mening –dingen onderzoeken en ontdekken op een open, ontspannen manier– zonder dat van tevoren vaststaat wat zij moeten vinden.”

Is dat waarom u de missie van de NEM breder bekend wilt maken?

„Ja. We waren niet altijd even bekend, en soms wilden we dat ook niet. Voor de veiligheid van medewerkers kan het soms beter zijn op de achtergrond te blijven. Toch is het goed datgene wat we in de loop der jaren leerden, door te geven aan anderen. Aan mensen om ons heen bijvoorbeeld, die zich misschien afvragen wat er toch schuilgaat achter huis­nummer 5 in deze straat.

Verder hebben we gemerkt dat het woord verzoening, dat we al jaren gebruiken om ons werk te karakteriseren, niet voor de hand ligt voor de werkers in het veld. Het lijkt te hoog gegrepen. ”Ontmoeting” past beter bij ons. Bruggen slaan. Hiermee hopen we mensen beter bij ons werk te kunnen betrekken.

Overigens geven we de notie verzoening niet op, vanwege de diepe Bijbelse lading en omdat het nastreven van verzoening een sterke drijfveer blijft.”

Wat is de expertise van NEM, na vijftig jaar aanwezigheid in het Midden-Oosten?

„We hebben een lange adem. Volharding en trouw zijn kernwaarden. Lange tijd leven we met mensen mee. De keuze voor tweezijdigheid is een keuze om iets van complexiteit toe te laten, niet te vluchten voor zaken die confronterend zijn.”

U woonde van 2003 tot 2010 in Israël. Welke invloed heeft dat op uw werk?

„Het geeft een nuancering. De overweldigende verscheidenheid die je in Israël tegenkomt, vormt je zowel emotioneel als geestelijk. Ze is verwarrend, soms ook heel verrijkend. Ik heb meer begrip gekregen voor de manier waarop mensen op eigen wijze proberen Jezus te volgen.”

Hebt u in Israël voorbodes van het komende Koninkrijk gezien?

„Ik ben onder de indruk van mensen die meer geven dan wat er van hen gevraagd wordt, terwijl het zo voor de hand ligt dat ze hun eigenbelang zoeken. Uiteindelijk is dat de boodschap van Jesaja 19. Er wordt iets doorbroken. God brengt bijeen wat bij ons gescheiden blijft.”


Near East Ministry: „christelijk uitzendbureau”

De stichting Near East Ministry (NEM) wil dienstbaar zijn aan Jood en Arabier vanuit de overtuiging dat verzoening met God de enige weg is tot verzoening met elkaar. De stichting zendt diaconale werkers –zogenoemde BaanBrekers– uit naar het Midden-Oosten. Hun werk bestaat onder meer uit het geven van (technisch) onderwijs, het organiseren van sport en spel en het verlenen van zorg aan kinderen, ouderen en gehandicapten. De nood van de lokale bevolking en de capaciteiten van de NEM-mede­werker zijn bepalend voor de werkplek. De NEM lijkt in verschillende opzichten op een christelijk uitzendbureau, schrijft de stichting op haar website. Momenteel werken ongeveer 35 mensen (met hun gezinnen) in het Midden-Oosten. Daarnaast gaan er jaarlijks meerdere groepen BaanBrekers voor twee of drie maanden naar Israël.

Gebed voor het Midden-Oosten neemt een belangrijke plaats in bij de NEM. Daarnaast geeft NEM onderwijs over Israël en het Midden-Oosten en organiseert zij Reveilweken, conferenties voor christenen uit Nederland en België. De verbondenheid met Israël vormt de rode draad in de uitwerking van het thema.

Op de agenda van de stichting staan verder mini­sabbaticals, Pesachvieringen, symposia en reizen, met als doel toerusting, gemeenschapsvorming en gebed.

De gebouwen op het terrein van Near East Ministry in Voorthuizen vormen de uitvalsbasis voor het werk van de stichting. Beeldbepalend zijn de groeps­accommodatie Groot Dennenlust en het kampeer­terrein erachter.

Ds. Jan Willem van der Hoeven richtte NEM in 1963 op. De stichting houdt sinds 1976 kantoor in Voorthuizen. Directeur waren achtereenvolgens ds. Van der Hoeven, Herman Goudswaard (1978), baptistenpredikant ds. Gijs Lammerts van Bueren (1996) en 
ds. Kees Jan Rodenburg (2011), predikant in de Protestantse Kerk in Nederland.

Met zijn vrouw Esther en hun vier kinderen woonde en werkte ds. Rodenburg zes jaar in Israël als ver­tegenwoordiger van het CIS, het Centrum voor Israël Studies. Dat is een samenwerkingsverband van de Christelijke Hogeschool Ede, de Gereformeerde Zendings­bond in de Protestantse Kerk in Nederland en het deputaatschap kerk en Israël van de Christelijke Gereformeerde Kerken.

De achterban van NEM bestaat zowel uit evangelische als reformatorische kerken en christenen.

Het vijftigjarig jubileum wordt dit voorjaar gevierd met een reis naar het Midden-Oosten, een reünie, een open dag op 11 mei en een symposium.

www.nemnieuws.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer