De extra inzet is nodig omdat de NVWA de hele keten onderzoekt, van slachthuis tot vrieshuizen en supermarkt. De organisatie doet onder meer DNA-onderzoek om uit te vinden of rundvlees niet als paardenvlees wordt verhandeld. Als vlees niet goed blijkt geëtiketteerd, bekijkt de NVWA ook of er geen schadelijke stoffen in het vlees zitten.

„We doen meer dan de Europese Unie van ons vraagt”, aldus een woordvoerder. Bij de bedrijven worden monsters genomen van vleessnippers, gehakt en levensmiddelen waarin vlees is verwerkt. Er wordt gekeken of er paardenvlees in producten is verwerkt, terwijl er volgens het etiket rundvlees in zou moeten zitten. Ook onderzoekt de NVWA bij 40 bedrijven de etiketten, welk vlees er is gebruikt en de administratie.