„Aantal zaken oorlogsmisdadigers neemt toe”
DEN HAAG (ANP) – Het aantal verdachten dat in Nederland wordt berecht voor internationale misdrijven, neemt waarschijnlijk verder toe. Dat komt door een wijziging in een internationale wet, waardoor oorlogsmisdadigers sneller voor de rechter kunnen worden gebracht. De werkdruk bij de rechtbank en het gerechtshof in Den Haag kan daardoor verder toenemen. Dat schrijft de Raad voor de rechtspraak in een donderdag gepubliceerd advies aan minister Ivo Opstelten (Veiligheid in Justitie).
De wijziging in de wet treedt op zijn vroegst 2017 in werking en houdt in dat voortaan ook agressie als internationaal misdrijf strafbaar wordt gesteld. „Het gaat bijvoorbeeld om onrechtmatige agressie tussen staten, zoals bij een gewelddadige invasie waarbij zelfverdediging niet aan de orde is en het handvest van de Verenigde Naties daarover wordt geschonden”, schrijft de Raad. Hooggeplaatste personen - bijvoorbeeld voormalig staatshoofden - kunnen worden vervolgd.
Nu dienen er jaarlijks een of twee van dergelijke zaken bij de Nederlands rechter. Met hoeveel dat kan toenemen, kan de Raad niet zeggen. „Dat hangt ook af van de capaciteit die de politie en het Openbaar Ministerie (OM) hiervoor vrijmaken. Er is een toename van het aantal aangiften te verwachten, maar het OM kan waarschijnlijk niet in alle gevallen tot vervolging overgaan.” Maar dat betekent weer dat het gerechtshof mogelijk weer te maken krijgt met meer beklagprocedures van mensen die vinden dat het toch tot vervolging moet komen.
Als verdachten van oorlogsmisdaden of andere internationale misdrijven in Nederland zijn, is het in eerste instantie aan Nederland om de zaak te onderzoeken en eventueel tot vervolging over te gaan. Als dat niet om wat voor reden niet mogelijk blijkt, is het Internationaal Strafhof aan zet.