Het hof vindt het terecht dat het meeste gewicht val op het „bevorderen van gelijke kansen” en het werven van personeel „dat niet discriminerend is ten opzichte van anderen.”

Het EHRM noemt het beschermen van de rechten van homokoppels „gerechtvaardigd.” Volgens het Europese hof is er daarom geen sprake van discriminatie op grond van geloof.

De Engelse ambtenaar Lillian Ladele was in 2007 door de Londense deelgemeente Islington ontslagen omdat zij als christen geen homoseksuele relaties wilde registreren. Daarna is ze in Groot-Brittannië aanvankelijk door de rechter in het gelijk gesteld, maar in hoger beroep haalde ze alsnog bakzeil. Bij het Europese hof is er één beroepsmogelijkheid.

De zaak-Ladele is slechts één van de vier kwesties die voorlagen aan het hof. Slechts één van de klagers is door het hof in het gelijk gesteld. Dat betreft een vrouw die boven het uniform van de luchtrederij British Airways een kruisje wilde dragen. Volgens de rechters is deze geloofsuiting te respecteren. De klaagster kan daarom een schadevergoeding tegemoet zien.

Een klaagster die als verpleegkundige een kruisje wilde dragen, is niet in het gelijk gesteld. In haar werk kan een kruisje de „bescherming van gezondheid en veiligheid” in gevaar brengen. Daarom acht het hof een verbod op zijn plaats.

Ook de klager die werkte als relatietherapeut en geen behandeling wilde geven aan homoseksuelen, is in het ongelijk gesteld.

Het EHRM is het gerechtshof van de Raad van Europa, dat 47 lidstaten heeft. Burgers kunnen hier klagen als hun eigen staat hun rechten schendt. Deze uitspraken zijn bindend. Wel is er een beroepsmogelijkheid.

De klagers werden in hun zaken bij het EHRM bijgestaan door diverse organisaties. De Christian Institute toonde zich vanmorgen teleurgesteld over de uitspraak over Ladele. „Maar we zijn bemoedigd dat twee (van de zeven, red.) rechters vonden dat ze wel gelijk had.”

Volgens woordvoerder Mike Judge illustreert deze uitspraak dat „christenen met traditionele opvattingen het risico lopen in de kou te worden gezet.”

De organisatie Alliance Defending Freedom, die de winnende klaagster bijstond, claimde vanmorgen een „belangrijke overwinning voor religieuze vrijheid in Europa.”

De Nederlandse RMU-directeur Schalk reageerde „teleurgesteld”. „Het blijft onduidelijk waar het hof de grens tussen de grondrechten trekt.” Volgens hem is de zaak echter niet vergelijkbaar met die van een bezwaarde ambtenaar uit Den Haag die de RMU onlangs is gestart.