Interreligieus dialoogcentrum in Wenen
In Wenen is eind vorige maand een nieuw centrum voor interreligieuze dialoog geopend. De geldschieter is afkomstig uit Saudi-Arabië. Een opmerkelijk gegeven, het olierijke land staat immers niet bepaald bekend om zijn openheid voor andere religies.
De opening van het nieuwe centrum voor interreligieuze dialoog was een ware happening. Zelfs Ban Ki Moon, de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, had de moeite genomen aanwezig te zijn. De raad van bestuur van het centrum bestaat uit negen vertegenwoordigers van de belangrijkste wereldreligies: drie christenen (rooms-katholiek, orthodox en anglicaans), drie moslims (twee soennieten en een sjiiet), een jood, een boeddhist en een hindoe.
Het centrum wordt gefinancierd vanuit Saudi-Arabië en kreeg als officiële naam: King Abdullah Bin Abdulaziz International Centre for Interreligious and Intercultural Dialogue (KAICIID). Om het ontstaan van het centrum te kunnen begrijpen is enige kennis van Saudi-Arabië, waar de genoemde koning Abdullah sinds 2005 regeert, onontbeerlijk. Het land kent een interne machtsstrijd tussen conservatieve en hervormingsgezinde aanhangers van het islamitische wahabisme. Religieuze leiders willen doorgaans vasthouden aan een strikte interpretatie van de Koran en de sharia, maar koning Abdullah –hij behoort al jaren tot de vijf invloedrijkste personen ter wereld– staat een gematigder interpretatie voor. Onder zijn bewind is onder meer wetgeving doorgevoerd die het mogelijk maakte dat ook vrouwen mogen autorijden en werden voor het eerst vrouwelijke atleten afgevaardigd naar de Olympische Spelen. Tegelijkertijd riep de grootmoefti van Saudi-Arabië, Abdul Aziz bin Abdullah, er dit jaar nog toe op om alle kerken in de regio te vernietigen.
Zeker met het oog op de recente opstanden in het Midden-Oosten, waarbij radicale moslims vaak een grote rol speelden, is er voor de steenrijke vorst veel aan gelegen om een gematigde vorm van de islam te stimuleren. Door zich te profileren als het internationale gezicht van de islam wat betreft de interreligieuze dialoog neemt hij daarin het voortouw. De koning lijkt echt in de dialoog te geloven, gezien ook eerdere initiatieven van zijn kant. Tegelijk loopt hij met die insteek een fors risico vanwege de conservatieve krachten in zijn land.
In het besluit van Abdullah speelt mogelijk ook de machtsbalans in het Midden-Oosten een rol. Abdullah is officieel beschermheer van de twee heilige moskeeën in Mekka en Medina, maar moet die hoge positie nog altijd verdedigen tegen claims vanuit onder andere Jordanië. Als het nieuwe centrum in Wenen zich inderdaad weet te ontwikkelen tot het belangrijkste internationale forum voor de ontmoeting van wereldreligies, zou dat het gezag van de koning een stevige steun in de rug geven.
Vijgenblad
Toby Howarth maakt als secretaris voor interreligieuze aangelegenheden namens de anglicaanse aartsbisschop van Canterbury deel uit van de negenkoppige raad van bestuur van KAICIID. Al sinds 1985 is hij betrokken bij de dialoog tussen met name moslims en christenen. Op zijn werkkamer op Lambeth Palace in Londen erkent hij dat er bij het ontstaan van het centrum meer in het spel is. Toch was dat voor hem en de aartsbisschop geen reden om zich er dan maar niet mee in te laten.
Howarth: „Als je ziet dat zo’n centrum gefinancierd wordt vanuit Saudi-Arabië kun je verschillende conclusies trekken. Sommige critici beweerden dat het om een vooropgezet plan van de Saudi’s ging om de islam te promoten, waarbij ze de andere deelnemers met mooie beloften een rad voor ogen zouden draaien. Maar gezien de politieke achtergronden is dat een ongegronde suggestie. Ook kun je ervoor kiezen niet mee te doen, omdat je het hele gebeuren een vijgenblad vindt dat een veel te mooie voorstelling geeft van een leider van een land waarin nog van alles mis is. Maar wij vinden dat we als christenen deze uitgestoken hand niet mogen afwijzen, maar de koning moeten steunen in zijn streven naar een gematigde islam, ook al zien we best dat niet alles altijd gaat zoals we dat het liefst zouden willen.”
Ervaart u dan geen druk om in een bepaalde richting te denken en werken?
„Als lid van de raad van bestuur is het mijn ervaring dat we de vrijheid krijgen om beleid te maken en beslissingen te nemen. Er is bijvoorbeeld een onafhankelijke procedure om stafleden voor het centrum te benoemen, waarbij ernaar gestreefd wordt dat ze verschillende religieuze en culturele achtergronden vertegenwoordigen. We hoeven geen bepaalde politieke agenda te volgen.”
Schoolboeken
Concreet zal het centrum zijn werk op twee manieren gaan vormgeven, zegt Howarth. „Zowel van aangezicht tot aangezicht als zij aan zij. We zijn als verschillende religies elkaars tegenover, maar met betrekking tot veel doelen ook elkaars partners, bijvoorbeeld in de strijd tegen kindersterfte. Dat krijgt vorm in samenwerking met Unicef en de internationale organisatie Religions for Peace. Er zal daarbij vooral worden geïnvesteerd in het leggen van contacten en het ondersteunen van bestaande initiatieven.”
Als voorbeeld noemt Howarth een bisschop van een dorpje in Nigeria die bij de opening van het centrum aanwezig was. „Een dag eerder was de kerk in zijn dorp aangevallen door de radicaalislamitische Boko Haram. Hij werkte daar al nauw samen met de lokale imam. In Wenen ontmoette hij mensen die in bijvoorbeeld Birmingham op een heel andere manier met moslims te maken hadden. Zulke ontmoetingen blijken waardevol, die willen we faciliteren. Maar ook financiële steun behoort tot de mogelijkheden.”
Een sprekend voorbeeld van het werk van het centrum is ook dat zal worden bekeken hoe identiteitsgebonden schoolboeken andere religies afschilderen. „Eerder was Saudi-Arabië betrokken bij de vervaardiging van Palestijnse schoolboeken waarin het jodendom volop werd zwartgemaakt. Maar met dit centrum krijgt de koning meer armslag om daarin verandering te brengen.”
Houdt het centrum zich vooral bezig met wat de religies gemeenschappelijk hebben, of zal er ook worden gesproken over de vraag wat waarheid is?
„Als iedere religie alleen waarheidsclaims de lucht in slingert zonder dat anderen daarnaar luisteren, heb je daar niets aan. Zonder dialoog blijft het een monoloog. Er moet eerst een respectvol klimaat zijn waarin de verschillende waarheidsclaims echt gehoord kunnen worden. Dat is het waar we aan gaan werken.
Dat is niets anders dan wat Paulus deed op de Areopagus. Die vertelde ook niet zijn eigen verhaal in het Hebreeuws, maar sprak de taal van zijn toehoorders en sloot aan bij hun dichters. En hij begon bij de schepping, dus bij wat alle mensen delen. Onze aartsbisschop Rowan Williams wijst er wel altijd op dat dialoog ook bedoeld is om verschillen helder te krijgen. Er moet kwaliteit van verschil van mening zijn, zoals hij het uitdrukt: te vaak wijzen we elkaar af op grond van verkeerde vooroordelen. Ook de andere deelnemers in het centrum delen deze visie.”
Hoe komt het dat u zelf zo betrokken bent bij de dialoog met moslims?
„Als we iets te horen krijgen van iemand die heel anders is dan wij, doet dat ons meestal maar weinig. Maar als een broer of ander familielid ons ergens op wijst, wordt het anders. Verschillen zijn dan veel belangrijker en relevanter. Dat is het narcisme van de kleine verschillen, met de bekende formulering van Freud. De islam en het christendom hebben als twee monotheïstische religies zo veel gemeenschappelijk, dat de verschillen des te pijnlijker zijn. Ze stellen ons zeer diepgaande vragen. Daar zullen we in moeten investeren.
Ik weet dat er in Nederland stemmen opgaan om moslims te weren, maar dat lijkt me niet de weg die Jezus wees. Samaritanen waren de moslims van Zijn dagen. Jezus kon om hun gebied heengaan zoals iedereen deed, om zogenaamd rein te blijven. Maar Hij deed het niet en zocht hen op. Daarom werd Hij uitgescholden voor een bezeten Samaritaan.
Als we Jezus willen volgen, mogen wij moeilijkheden niet vermijden. Dat deed God Zelf ook niet: Hij kwam bij ons en bleef niet in Zijn ongeschonden hemel. Dat is voor ons de kern van de christelijke roeping: wie je ook bent, de vraag is of je betrokken bent op anderen.”
Banden met Nederland
Het interreligieus centrum KAICIID in Wenen werd op 26 november geopend. Deze krant schreef daarbij dat het nieuwe centrum „omstreden” is omdat het gefinancierd wordt door Saudi-Arabië. Naar aanleiding van het bericht vroeg dr. W. de Greef uit Leusden om meer aandacht voor dit centrum. De schoonzoon van De Greef, Toby Howarth, is lid van het bestuur van het centrum.
De Greef: „Ik zag op de site dat het mogelijk was de workshops via internet te volgen. Toby leidde de workshop waarin aandacht aan de jeugd geschonken werd. Vijf projecten uit verschillende landen mochten zich presenteren. Vervolgens mochten deelnemers aan het symposium vragen stellen. Het was buitengewoon boeiend om te zien en te horen wat er zoal in de wereld gebeurt om jongeren van verschillende geloofsovertuiging met elkaar in contact te brengen.”
Toby Howarth werkte enige tijd geleden in dienst van de IZB bij de Pelgrimvaderskerk in Rotterdam. Daarna ging het gezin naar Engeland, waar hij voor de bisschop van Birmingham een aantal jaren adviseur was voor interreligieuze betrekkingen. Sinds april vorig jaar verricht hij werk voor de aartsbisschop van Canterbury.