Chinezen azen op schatten Groenland
NUUK – China heeft het oog laten vallen op de bodemschatten van Groenland. Het reusachtige Arctische eiland bevat tal van ertsen, waaronder uranium, en zeldzame grondsoorten met metalen die onmisbaar zijn in onder meer elektronische apparatuur.
Het meeste moet weliswaar nog worden opgespoord, maar de potentie is volgens de deskundigen enorm. China wil bij de exploratie en winning ook op de eerste rij zitten.
Niet voor niets nam de Chinese president Hu Jintao in juni op reis naar de G20-top de tijd voor een driedaags bezoek aan uitgerekend Denemarken. Dit land is weliswaar niet meer de baas in Groenland, want het eiland met zijn 55.000 inwoners is sinds drie jaar een zelfstandig rijksdeel binnen het Deense koninkrijk. De buitenlandse zaken en de defensie van Groenland zijn echter nog steeds taken die de Denen waarnemen. Ook bezet Groenland een aantal zetels in het Deense parlement.
Wat Hin Jintao en zijn Deense ambtgenote Helle Thorning Schmidt over Groenland hebben besproken, blijft ongewis. De Chinese staatsleider is geen liefhebber van persconferenties en werd dat ook in Denemarken niet. Maar bij waarnemers is er weinig twijfel over dat China aast op de bodemschatten van Groenland om zijn groeiende industriële macht ook in de toekomst veilig te stellen.
Niet geheel toevallig reageerde prompt ook de Europese Commissie. Twee commissarissen uit Brussel, Antonio Tajani en Andris Piebalgs, togen kort voor Hu Jintao’s bezoek aan Kopenhagen naar Groenland voor de ondertekening van een akkoord met het landsbestuur, waarmee is gewaarborgd dat het bedrijfsleven in de EU de toegang tot de bodemschatten niet kwijt raakt.
Ook over ijzererts, een van de meer klassieke grondstoffen –en met steenkool de basis voor de industriële revolutie in Europa– beschikt Groenland. Het eerste grote Chinese mijnbouwproject daarvoor is al van start gegaan.
London Mining, ondanks zijn naam en vestigingsplaats een Chinees concern, heeft bij het landsbestuur vergunning aangevraagd voor de steenkoolwinning op een locatie 150 kilometer van de hoofdstad Nuuk. Het gaat om een project dat investeringen vergt ter waarde van een kleine 2 miljard euro. London Mining wil hier vanaf 2015 rond de 15 miljoen ton ijzererts per jaar gaan delven.
Voor Groenland wordt het een goudmijn. Over een periode van vijftien jaar ramen de Groenlanders op basis van berekeningen van het Nederlandse ingenieursadviesbureau Grontmij de opbrengsten in de vorm van belastingen en heffingen op 4,5 miljard euro. Dat is veel voor een land met een bevolking van nog geen 60.000 inwoners.
Groenland is nu nog afhankelijk van een jaarlijkse toelage uit Kopenhagen, maar met de winning van de bodemschatten komt behalve de politieke onafhankelijkheid ook de economische zelfstandigheid binnen handbereik. De belangrijkste bron van inkomsten is naast de Deense subsidie op dit moment nog de visserij.
Andere concrete Chinese grondstofwinningsprojecten in Groenland draaien om zink en koper. Daarmee zijn bedrijven bezig met de namen Ironbank Zinc en Nordic Mining. De Chinese investeerders zijn los daarvan ook bereid geld te steken in de nog zeer schaars aanwezige Groenlandse verkeersinfrastructuur, onder meer in de aanleg van luchthavens en wegen.
China is echter niet de enige kaper op de kust. Amerikaanse Britse, Zweedse en Australische mijnbouwbedrijven zijn ook van de partij. De Australische maatschappij Greenland Minerals and Energy zet in op de winning van speciale metalen uit zeldzame grondsoorten en uranium. Deze maatschappij mikt daarbij op de medewerking van een groep investeerders uit Zuid-Korea. Naar olie en gas in de Groenlandse wateren wordt al vele jaren gezocht, met name door de Noorse oliemaatschappij Statoil.