Speciale Britse wet voor inval ambassades
LONDEN (ANP) – De Britse regering claimt dat een speciale wet, gemaakt om op te treden tegen „terroristische activiteiten”, een politie-inval in de ambassade van Ecuador in Londen mogelijk maakt om Assange daaruit te halen. De wet zou een uitzondering rechtvaardigen op de onschendbaarheid van ambassades.
Die onschendbaarheid van diplomaten en ambassades is een eeuwenoud deel van het volkenrecht. De koningen en keizers in Europa, waar het moderne volkenrecht is ontstaan, zonden gezanten naar elkaars hoven. Zij hadden er belang bij dat hun diplomaten recht hadden op een veilige aftocht, ook als tussen de landen een oorlog uitbrak.
Zo groeide de diplomatieke onschendbaarheid als internationaal gewoonterecht. De onschendbaarheid van ambassades werd formeel vastgelegd in de Weense Conventie over Diplomatieke Betrekkingen uit 1961. Daarin staat ook dat ambassades de wetten van het gastland moeten respecteren. Londen claimt dat Ecuador de wettelijke verplichting van Groot-Brittannië naast zich neerlegt om Assange aan Zweden uit te leveren. Daardoor zou ‘Quito’ het internationaal recht schenden.
Daarnaast heeft het Verenigd Koninkrijk een eigen wet gemaakt om de bepalingen van de Weense Conventie te omzeilen. In 1984 werd een Britse agente doodgeschoten vanuit de ambassade van Libië in Londen. Het parlement nam daarop in 1987 een wet aan die de regering de mogelijkheid biedt onder „uitzonderlijke omstandigheden” een ambassade binnen te vallen. Volgens de regering was die regeling nodig voor het geval dat een ambassade wordt gebruikt voor „terroristische activiteiten”.
Als de Britse regering de speciale wet wil toepassen, kan de ambassade van Ecuador daartegen in beroep gaan bij de rechter in Londen, aldus de BBC. In laatste instantie beslist het Internationaal Gerechtshof van de Verenigde Naties in Den Haag over de interpretatie van de Weense Conventie.