Buitenland

Kinderleed door honger in Sahellanden

Als ze thuis zal zijn uit het ziekenhuis, weet Salamata Ouedroogo uit Burkina Faso niet hoe ze de kinderen moet voeden. Achtentwintig dagen verblijft de 48-jarige moeder nu al met haar jongste kind Nate Wende (zeven maanden) in het ziekenhuis van Basalogho. Het is daar goed aangesterkt.

Henrique Staal en Jaco Klamer

9 August 2012 21:05Gewijzigd op 14 November 2020 22:35
Zorg voor hongerende kinderen in Burkina Faso. Foto Jaco Klamer.
Zorg voor hongerende kinderen in Burkina Faso. Foto Jaco Klamer.

Haar jongste was ondervoed, het leed aan hongeroedeem, vertelt Salamata. „Vorig jaar hadden we een slechte oogst, waardoor veel kinderen in Karoko ondervoed zijn. Maar nu wil ik graag terug naar ons dorp om ons land te bewerken voor de nieuwe oogst: over drie dagen verlaten we het ziekenhuis. Ik weet niet wat ik moet eten als ik weer thuis ben, en hoe ik mijn zes kinderen moet voeden.”

Volgens Unicef worden in de Sahellanden 1 miljoen kinderen onder de 5 jaar bedreigd door acute ondervoeding. Dit aantal kan in de loop van het jaar, als de voorraden van de laatste oogst op raken, oplopen tot 1,4 miljoen.

In deze regio (met de landen Mali, Mauritanië, Niger en Tsjaad, Burkina Faso, Senegal en Kameroen) kampen 15 miljoen mensen met ernstige voedseltekorten. Burkina Faso en Mali spreken officieel van een crisis en hebben om hulp gevraagd.

Twee jaar geleden viel de Sahel ten prooi aan de droogte, de laatste oogsten mislukten grotendeels en de bevolking was daarvan nog niet hersteld.

Regionale conflicten zoals in Mali maken de voedselcrisis erger. De regio telt zo’n 200.000 vluchtelingen. Volgens directeur Ibrahima Coly van de UNHCR is het einde van de honger in de Sahel nog niet in zicht: „De grote nood verwachten we later dit jaar.”

Telefoontje

„Het voedseltekort is zeer nijpend”, zegt ook directeur Moïse Napon van Christian Relief and Development Organisation (Credo). „Gisteren werd ik gebeld door mijn moeder, die in het zuiden van Burkina Faso woont. Ze had haar laatste maaltijd genuttigd en vroeg zich af wat ze nu moest doen. Ik kan haar gemakkelijk van voedsel voorzien, maar het telefoontje van mijn moeder laat zien wat de gevolgen van de voedselcrisis zijn voor de Burkinezen. De crisis treft niet alleen armen, maar ook mensen die normaal redelijk kunnen rondkomen.”

Dat melden ook vertegenwoordigers van het dorp Samba. „Onze oogsten vielen de laatste jaren tegen”, zeggen Asseta, Youssouf, Talaté en Timbila. „Met een goede opbrengst van het land kunnen we het twee jaar uitzingen, maar zo’n oogst hebben we al jaren niet van het land gehaald.

Vorig jaar was een dieptepunt. De opbrengst was nog niet de helft van wat we nodig hebben. Het is lastig de oogst te vergroten, daarvoor hebben we kunstmest nodig en goed gereedschap. Dat kost geld en dat hebben we niet. Bladeren zijn op dit moment onze belangrijkste voedselbron. Maar binnenkort kunnen we die niet meer eten, want ze worden hard en bruin. Dan zullen we bladeren eten van de bonenplanten. Het wachten is op de nieuwe oogst: de eerste maiskolven hopen we in september van het land te halen.”

Burgemeester Salvadogo Schiré Robert (48) van Barsalogho houdt zich bezig met de hulp aan arme, hongerende families. „Vijfenvijftig dorpen in de omgeving van Barsalogho kampen met een tekort aan voedsel. De graanprijs stijgt nog steeds. Mensen verkopen hun beesten om te overleven. De overheid probeert de bevolking te helpen. We hebben 350 winkels geopend waar voedsel tegen gereduceerde tarieven wordt aangeboden. Normaal kost 100 kilo graan 30 euro, in de winkel van de overheid betalen mensen 18 euro. Helaas waren we snel door onze voorraad heen. Daarom is het goed dat organisaties zoals Unicef en Save the Children mensen bijstaan die honger lijden.”

Moïse Napon vindt dat de overheid zich absoluut niet moet bezighouden met het uitdelen of verkopen van voedsel. „Dat moet ze overlaten aan organisaties die midden in de samenleving staan.

Binnenkort zijn er verkiezingen in Burkina Faso. Rijke kiezers zullen niet accepteren dat de overheid alleen armen helpt en dreigen dat bij de verkiezingen met hun stem duidelijk te maken. De regering heeft er dus belang bij om het die kiezers naar de zin te maken en zich minder in te zetten voor de armen.”

Napon noemt de hoeveelheid voedsel die de overheid via eigen winkels wil distribueren een aanfluiting. „Het is ontoereikend om daarmee alle hongerenden van eten te voorzien.“

„Niet-gouvernementele organisaties kunnen vrijuit helpen, zonder bang te zijn voor de mening van kiezers. Bovendien hebben wij door onze jarenlange ervaring alle gegevens paraat van armen, weduwen en wezen, en mensen met hiv die door hun familie zijn verstoten. Wij kunnen onze databank direct, zonder vooroordelen en onafhankelijk van politieke spelletjes gebruiken om mensen die hulp nodig hebben bij te staan.”

Tweeling

Bamoyo Patedé (25) is met de jongste van haar vijf kinderen naar de kliniek in Samba gekomen. Gilles (negen maanden) heeft koorts en is te veel afgevallen. In de kliniek krijgt Bamoyo negentien zakjes pindapasta, om Gilles te laten aansterken.

Ook Alimanta Bamogo (23) heeft zich bij de kliniek gemeld. Ze heeft niet genoeg eten meer, waardoor haar tweeling van zeven maanden verzwakt is. „Er is te weinig eten in het dorp”, vertelt Alimanta. „Er viel nauwelijks regen, er groeide te weinig op het land en wat we hebben kunnen oogsten is nu al op, ruimschoots voor de volgende oogst. Ik heb alleen nog een beetje rijst. We voeden ons vooral met boombladeren.”

„Save the Children werkte al vóór de voedselcrisis in Burkina Faso, waardoor meer Burkinezen zich ervan bewust zijn dat kinderen ondervoed kunnen raken”, zegt arts Ali Kaboré. „Mensen staan vaker open voor hulp. Het aantal zwaar ondervoede kinderen dat in de kliniek wordt opgevangen, stijgt snel. In het eerste kwartaal van 2012 zijn er 32 ondervoede kinderen opgenomen, tegen 13 in het eerste kwartaal van 2011. In het tweede kwartaal kwamen 32 kinderen méér dan het jaar daarvoor bij de kliniek terecht vanwege ondervoeding. In september 2011, vlak voor de oogst, werden er veertien zwaar ondervoede kinderen in de kliniek opgevangen.

De verwachting is dat de piek van hulpvragen ook dit jaar in september zal zijn en dat tientallen kinderen extra zorg nodig hebben.”

„De zorg voor ondervoede kinderen heeft prioriteit”, zegt Douamba Parfart, coördinator van het voedingsprogramma van Save the Children. „In 2012 zijn al 1461 ondervoede kinderen in onze klinieken geholpen. We zorgen voor kinderen van zes maanden tot vijf jaar die mild tot zwaar ondervoed zijn. Ook geven we zorg aan vrouwen die zwanger zijn en aan moeders met baby’s tot zes maanden die nog borstvoeding krijgen.”

Moeder Zunabu (24) laat haar baby Samajuju Djenata (zes maanden) net wegen in de kliniek. Samajuju woog twaalf dagen geleden 5,5 kilo en is nu 400 gram gegroeid.

„Wij verzorgen permanent voedingsprogramma’s voor ondervoede kinderen in Burkina Faso, maar we hebben sinds september 2011, vanwege de voedselcrisis, onze programma’s uitgebreid. De groep kinderen die hulp nodig had, werd steeds groter. We hebben twee extra doelen: het voorkomen van ondervoeding en het geven van hulp aan ouderen, in samenwerking met het ministerie van Gezondheid en Unicef.”

Complicaties

Het ziekenhuis in Basalogho geeft 24 uurszorg aan ondervoede kinderen met complicaties. Awa Mamogo (32) vroeg er hulp voor haar dochtertje Foube Rihanata (negen maanden): ze was bij aankomst in het gezondheidscentrum zwak en klein.

„Mijn kind verschilt niet van andere kinderen”, zegt moeder Awa. „Er zijn veel kinderen zoals Foube, maar hun moeders gaan niet met hun kind naar het ziekenhuis omdat ze geen geld hebben voor het transport. Ik weet nu dat het belangrijk is om toch naar het ziekenhuis te gaan als je kind ondervoed is: mijn dochtertje is aangesterkt. Ik zal in mijn dorp vertellen over de hulp die Foube en ik in het ziekenhuis heb gekregen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer