Sjiieten en christenen delen het lot in Saudi-Arabië
JEDDAH – De Saudische autoriteiten hebben de afgelopen week in alle stilte 35 Ethiopische christenen op het vliegtuig gezet en teruggestuurd naar hun vaderland.
Wereldwijd hadden verschillende christelijke organisaties zich het lot van de christenen aangetrokken. Dat stond in schril contrast tot de totale onverschilligheid van westerse regeringen jegens de erbarmelijke situatie van de mensenrechten in het olierijke Saudische koninkrijk. Het land wordt door het westen beschouwd als een strategische bondgenoot.
Het wahabisme, de officiële staatsideologie in Saudi-Arabië, staat onverdraagzaam tegenover alle geloofsuitingen van soennitische moslims die niet stroken met de wahabitische uitgangspunten. Zo is bijvoorbeeld in de gehele soennitische wereld het vieren van de geboortedag van de profeet Mohammed een populair feest, maar in Saudi-Arabië wordt dit door de religieuze autoriteiten verboden.
Ronduit vijandig echter staat dit wahabisme tegenover sjiieten en christenen. De 35 recentelijk gedeporteerde Ethiopische christenen hebben dit aan den lijve ondervonden en kunnen hierover meepraten.
Hun lijdensweg begon op 15 december 2011, toen de gevreesde Saudische religieuze politie een woning binnenviel in de stad Jeddah. Omdat iedere uiting van het christelijk geloof in Saudi-Arabië verboden is, waren de christenen heimelijk samengekomen in een privéwoning om zich gezamenlijk in de adventstijd voor te bereiden op het kerstfeest. Deze inval van de Saudische religieuze politie ( Mutaween genoemd) in een privéwoning vormde een schending van de belofte die het Saudische koninkrijk in 2006 had gedaan toen de internationale gemeenschap verzekerd werd dat christelijke bijeenkomsten in de private sfeer niet verstoord zouden worden.
De Ethiopische christenen zouden hun kerstfeest echter in de gevangenis vieren en hun gevangenschap zou acht lange maanden duren, om begin deze maand te eindigen in hun gedwongen repatriëring naar Ethiopië.
Intimidatie
De organisatie International Christian Concern ( ICC) was een van de weinige organisaties die zich hun lot hadden aangetrokken en constant aan de bel trokken bij de Amerikaanse autoriteiten. Na hun vrijlating en terugkeer in Ethiopië sprak ICC met de christenen en publiceerde vervolgens op de website hun verhalen. De Ethiopiërs vertellen hoe ze tijdens hun gevangenschap acht maanden lang door het personeel werden aangevallen, geïntimideerd en vernederd en dat ze onder voortdurende druk werden gezet om zich te bekeren tot de islam. Een van de Ethiopiërs zegt dat „de Saudiërs geen enkele andere religie dan de islam tolereren. Niet-moslims beschouwen ze als ongelovigen die ze haten.”
De US Commission on International Religious Freedom bevestigt hun verhaal en stelt dat de Ethiopiërs tijdens hun gevangenisverblijf voortdurend waren blootgesteld aan mishandeling en seksuele intimidatie. De commissie schrijft dat „sommigen van de mannen vertelden dat ze lichamelijke mishandelingen ondergingen tijdens de verhoren terwijl de vrouwelijke gevangenen onderworpen werden aan vernederend lichamelijk onderzoek op intieme plekken.” Alhoewel er geen twijfel over bestaat dat de Ethiopiërs werden gearresteerd wegens hun christelijke bijeenkomst in de privésfeer werd de officiële aanklacht van de Saudische autoriteiten anders geformuleerd. De Ethiopiërs werd ten laste gelegd dat „beide geslachten –mannen en vrouwen– zich op niet-legale wijze in dezelfde ruimte bevonden.”
De ICC schrijft op haar website dat Saudi-Arabië de internationale gemeenschap ten onrechte voorspiegelt tolerant te staan tegenover volgelingen van geloofsrichtingen, anders dan de wahabitische islam. In het Saudische koninkrijk wonen ruim 2 miljoen christenen, die vrijwel zonder uitzondering de buitenlandse nationaliteit hebben. Het zijn werkemigranten, die op een bepaald moment weer zullen vertrekken of in het ergste geval –zoals de 35 Ethiopiërs– zullen worden gedeporteerd. Heel anders is echter de situatie van de sjiitische minderheid in het land die niet de luxe bezit van buitenlandse paspoorten. Ze wonen vooral in de oostelijke olierijke provincies van het Saudische koninkrijk.
Onrust
Veel westerse media baseren zich voor nieuwsvergaring uit de Arabische wereld vooral op de Engelstalige websites van Al-Jazeera en Al-Arabiya. Beide satellieten zijn echter voor een belangrijk deel in handen van respectievelijk de koninklijke families in Qatar en Saudi-Arabië. Wat gedeeltelijk verklaard waarom er nauwelijks informatie beschikbaar is over de onrust die de Saudische provincie Qatif al maanden in zijn greep houdt. Deze provincie wordt vrijwel uitsluitend bewoond door sjiitische moslims die zich ernstig gediscrimineerd en achtergesteld voelen. Sjiieten worden geweerd uit belangrijke functies en er is in Saudi-Arabië nog nooit een sjiitische minister geweest. Ook het bouwen van sjiitische moskeeën is aan restricties onderworpen.
Sinds het begin van de Arabische lente is het reeds onrustig in de sjiitische provincies in Saudi-Arabië. Vooral sjiitische jongeren eisen een einde aan discriminatie en achterstelling en verlangen geloofsvrijheid voor de Saudische sjiieten. Velen van hen zijn door familiebanden gelieerd aan sjiieten in het naburige Bahrein waar het eveneens buitengewoon onrustig blijft. In Bahrein tracht een soennitische monarchie de rebellie van haar sjiitische meerderheidsbevolking te onderdrukken.
Tijdens de afgelopen hadj (pelgrimage van moslims) vonden er in de Saudische stad Medina zware confrontaties plaats tussen de Saudische politie en sjiitische pelgrims. Dit deed de spanningen in de provincie Qatif, waar het toch al onrustig was, nog verder oplopen. Deze bereikten enkele weken geleden een climax nadat de Saudische autoriteiten de populaire sjiitische prediker Mimr Baqer al-Nimr arresteerden. Na diens arrestatie verklaarden de autoriteiten tot woede van de sjiieten dat al-Nimr „mentaal ziek” was.
Sindsdien is de rust in Qatif niet meer wedergekeerd. Sjiitische jongeren demonstreren vrijwel dagelijks voor gelijke rechten maar vooral voor geloofsvrijheid. Deze ontwikkelingen krijgen in het Westen ten onrechte weinig aandacht. Omdat de uitkomst van dit conflict wel eens verstrekkende consequenties zou kunnen krijgen voor de ruim 2 miljoen christenen in Saudi-Arabië die hier noch geloofsvrijheid noch een kerkgebouw bezitten.