VS koesteren afschrikking door kernwapens
Washington wil het aantal kernwapens tot 2012 drastisch verminderen. Dit is een nadere uitwerking van de beslissing van president Bush en president Poetin om te komen tot verdere reductie van nucleaire wapens.
En toch lijkt president Bush maar niet los te komen van de afschrikking met kernwapens. Deze wapens worden namelijk niet vernietigd maar opgeslagen. Deze week spreken Amerikaanse en Russische vertegenwoordigers opnieuw met elkaar.
Het Amerikaanse voornemen is verwoord in de zogenaamde Nuclear Posture Review. Dit plan, dat eind vorige week werd gepresenteerd, geeft aan dat het aantal kernwapens tot 2012 aanzienlijk wordt teruggebracht. In november kwamen Bush en Poetin overeen om binnen tien jaar het aantal strategische nucleaire wapens te reduceren van 6000 tot 1700 à 2000. In dat beleid past het plan om de komende vijf jaar het aantal terug te brengen tot 3800. Het merendeel komt van intercontinentale ballistische raketten, de Minuteman III en de Peacekeeper.
Verder worden zo’n 800 raketten gedemonteerd die in vier strategische Trident-onderzeeërs aanwezig zijn. Een dergelijk besluit komt overeen met wat president Bush tijdens zijn verkiezingscampagne heeft beloofd. Van de gedachte dat de Verenigde Staten en Rusland elkaar met kernwapens wederzijds kunnen vernietigen (Mutual Assured Destruction) moest van Bush worden afgestapt. Veel meer vertrouwde hij op nieuwe conventionele wapens en op het veelbesproken raketsysteem (defence missile system). Inmiddels lijkt hij hier gedeeltelijk van te zijn teruggekomen. De kernwapens worden opgeslagen en dus niet vernietigd.
Onderminister van Defensie J. D. Crouch gaf toe dat de dreiging vanuit Rusland weg is. Desondanks verwachtte hij dat de Verenigde Staten „verrast kunnen worden.” Om aan deze verrassingen het hoofd te bieden zouden de Amerikanen over het vermogen kunnen beschikken „met een groot aantal dreigingen af te rekenen.” Een en ander betekent dat een groot aantal verwijderde kernkoppen binnen een aantal weken opnieuw op de raketten wordt teruggeplaatst.
Sommige kernkoppen worden vernietigd, andere opgeslagen. Over aantallen liet Crouch zich niet uit. De Amerikanen willen kennelijk een ”responsive force” achter de hand houden. Het geloof in nucleaire wapens wordt door Bush dus niet geheel opgegeven.
Het zal duidelijk zijn dat de Russische regering met dit beleid niet blij is. Als er sprake is van het verminderen van het aantal strategische raketten, moet dit „radicaal, verifieerbaar en onomkeerbaar en geen papieren reductie zijn”, gaf een Russische regeringswoordvoerder aan. De Russen meenden dat het voorstel geen werkelijke nucleaire ontwapening inhoudt.
Daarnaast strijdt het Amerikaanse beleid met het Non-proliferatieverdrag uit 1970. Artikel 6 van het NPV geeft aan dat alle ondertekenaars zich verplichten te streven naar reële vermindering en zelfs naar een kernwapenvrije wereld.
Moskou bekritiseerde niet alleen dit punt. Ook het openhouden van de mogelijkheid van het testen van nucleaire wapens door de Amerikanen wijzen de Russen af. In 1992 kondigde de Amerikaanse president Bush sr. een moratorium af. De Amerikaanse minister van Defensie kondigde aan dat deze stop voorlopig wordt voortgezet.
Testen van nieuwe nucleaire wapens blijft echter een optie. Deze wapens zouden dan het ’gat’ moeten opvullen waar conventionele wapens onvoldoende effect hebben. Het gaat hierbij om minikernwapens met een kracht van 5 kiloton of minder. Volgens voorstanders van de productie van deze wapens zou de vernietiging van het gangenstelsel in het gebergte Tora Bora in Afghanistan een recent voorbeeld zijn waar de minikernwapens doeltreffend hadden kunnen worden gebruikt.
Enkele jaren geleden werd er een studie gestart naar dit soort wapens. In het eerste kwartaal van 1999 werd deze studie, met de naam Project Sand Dune afgerond. Het gaat om wapens die er met name op zijn gericht faciliteiten voor de productie van chemische of biologische of andere vernietigingswapens, die diep onder de grond zijn verborgen, uit te schakelen. Deze faciliteiten variëren van verharde bunkers tot complexe tunnelcomplexen.
Tijdens de Koude Oorlog is een groot aantal van dergelijke ondergrondse faciliteiten gebouwd. De Golfoorlog en de recente Balkanoorlog gaven aan dat goed beschermde ondergrondse schuilplaatsen van de tegenstanders van het Westen het de Amerikanen en hun bondgenoten bemoeilijkten hun tegenstanders uit te schakelen.
Inlichtingendiensten constateren dat deze ontwikkeling doorzet. Met name derdewereldlanden en de ’schurkenstaten’ zouden op grote schaal ondergrondse bunkers en faciliteiten bouwen. Volgens Amerikaanse inlichtingendiensten zouden er wereldwijd zo’n 10.000 van dergelijke ”Hard and Deeply Buried Targets” zijn. Vermoed wordt dat dit getal in de toekomst zal groeien. Veel zorg bestaat er over de mogelijkheid dat de ondergrondse faciliteiten worden gebruikt voor de bescherming van de productie en opslag van massavernietigingswapens.
Het vertrouwen op kernwapens door de regering-Bush kan ook ingegeven zijn door recente gegevens die door de Amerikaanse geheime dienst werden gepubliceerd. De CIA maakte een rapport openbaar waarin met zorg geconstateerd wordt dat de Chinese regering voornemens heeft om haar kernwapenarsenaal tot 2015 flink uit te breiden. In het CIA-rapport worden getallen genoemd die door de Chinese regering weer werden ontkend. Met name zou Peking van plan zijn het aantal strategische raketten dat Amerika kan bereiken, flink uitbreiden.
Dit beleid is een reactie op het Amerikaanse voornemen om een verdedigingssysteem te ontwikkelen tegen vijandelijke raketten. Volgens de krant China Daily benadrukte de Amerikaanse onderminister Bohlen, die in december ook een bezoek bracht aan Peking, nog eens dat een Amerikaans raketsysteem niet direct gericht is tegen China, maar tegen schurkenstaten.
De CIA meent dat de Chinese regering in 2015 tussen de 75 en 100 kernkoppen wil hebben op intercontinentale raketten die de Verenigde Staten kunnen bereiken. Dit aantal duidt op een „minimale nucleaire afschrikking.”
China heeft nu minstens twee mobiele strategische raketten in ontwikkeling. Het betreft de op land verplaatsbare DF-31 ICBM en de vanuit onderzeeboten af te vuren JL-2-ballistische raketten. Volgens de inschatting van de CIA is de plaatsing van de DF-31 in 2005 voltooid, en zou binnen tien jaar reeds de opvolger van de DF-31 geplaatst zijn. In 2010 zou de ”second strike capability” van China, in de vorm van het vermogen om vanuit onderzeeërs strategische raketten op de Verenigde Staten af te vuren door de plaatsing van de JL-2, aanzienlijk groter zijn geworden. Deze ontwikkeling is blijkbaar reden voor president Bush om op korte termijn niet tot daadwerkelijke nucleaire ontwapening over te gaan. Of tijdens de topontmoeting in de zomer tussen Poetin en Bush uiteindelijk een verdrag of een overeenkomst over aanzienlijke kernwapenreductie wordt getekend, is momenteel de vraag.