Geweer biedt in Noord-Mali enige kans op overleven
GOSSI (Al Jazeera) — Te midden van de woestijnvorming en de droogte in het noorden van Mali stijgen de spanningen ten top nu rivaliserende gewapende groepen er strijden om de controle over de verarmde regio.
Luidsprekers schallen vanaf de moskee. In de lege straten weerklinken de Koranpassages in het Arabisch en in het Tamasheq (de taal van de Toearegs): „Waar je ook bent, de dood zal je achterhalen, zelfs als je je verschanst in versterkte torens.” De zon en de hitte zijn zo intens dat ademhalen moeilijk is.
Het noorden van Mali zit in de greep van een ontvlambare mix van armoede, droogte, wapens, corruptie, marginalisering en destabilisatie sinds de val van de Libische leider Muammar Gaddafi – én misschien wel de belangrijkste reden voor de chaos: het lange lijden van de Toearegs.
Zij waren het die het huidi- ge conflict in januari van dit jaar begonnen, toen Toearegrebellen van de Nationale Beweging voor de Bevrijding van Azawad (MNLA) in opstand kwamen tegen de Malinese staat. De MNLA-strijders zeggen dat hun mensen een halve eeuw lang werden onderdrukt en gemarginaliseerd. Ze eisen nu hun eigen land.
De dorpen van de Toearegs zijn verlaten, de geur van de dood is overal, de stank onhoudbaar. Tienduizenden koeien en schapen zijn omgekomen, uitgehongerd als gevolg van de droogte van dit jaar – hun karkassen smelten in het stof.
Bij het islamitische politiebureau van Timboektoe stapt een lange, Senegalese man met korte broek uit de politiewagen, machinegeweer in de ene hand, munitieriem in de andere. Zijn naam is Abu Darr Darr, en hij staat erom bekend dat hij rond gaat in Timboektoe met een kamelenleren zweep om vrouwen aan te pakken die het wagen om zonder hidjab (hoofddoek) buiten te komen, een baan die steeds minder nodig wordt.
Jongeren uit Mali, Mauritanië, Senegal, Niger, het noorden van Nigeria en de Sahelregio komen hier naartoe om zich bij de islamitische politie van Ansar al-Din, een tak van al-Qaida, aan te sluiten. De woordvoerder vertelt dat in tegenstelling tot de seculiere rivalen van de MNLA, Ansar al-Din geen enkel belang heeft bij de vorming van een eigen staat. „We houden niet vast aan het idee van een emiraat of een eigen staat”, zegt Sanda Uld Bumana. „Onze missie is simpelweg om de shariawetgeving door te voeren in de gebieden die we controleren en de gebieden die we zullen controleren in de toekomst, insjallah.”
Het werk bij de politie geeft de jongeren iets omhanden en is beter dan maar te zitten in een dorp, lijdzaam toekijkend hoe je dieren creperen. Wie wil eindigen zoals de oude mannen die met hun halfdode schapen naar de markt trekken, als je wapens, geld, auto’s, internationale contacten en macht kunt hebben? Wanneer je iemand kunt zijn en deel kunt uitmaken van de broederschap die alles doet in de naam van Allah?
Zelfs vóór de recente conflicten was het noorden van Mali een van ’s werelds ruwste, meeste wetteloze regio’s. En dat was nog in normale tijden.
Nu, na de totale terugtrekking van de staat, en het falen van de MNLA om een vervangingsregime te installeren, is het noorden van Mali uitgegroeid tot een wereld van zwervende, gewapende groeperingen. Een wereld waarin het hebben van een geweer en het behoren bij een bende de enige kans biedt op overleven. Veel jongeren grijpen die kans met beide handen aan.