Palestijnse extremisten duiken massaal onder
Ze scheren hun baarden af, trekken vrouwenkleren aan en zetten hun mobiele telefoon uit. Nu Israël de klopjacht op Palestijnse extremisten heeft heropend, nemen die maatregelen om te overleven.
Veel leden van de gewapende takken van Hamas en andere Palestijnse organisaties zijn al drie jaar op de vlucht, maar nu is de situatie ernstiger. Israël heeft bij drie raketaanvallen binnen één week zeven Hamas-leden gedood. Alle leden van Palestijnse radicale organisaties zijn kandidaat voor liquidatie, dreigde een Israëlische legerleider.
Hamas reageert door zijn leden te manen voorzorgsmaatregelen te nemen. Via pamfletten op moskeedeuren raadt Hamas zijn leden aan zo veel mogelijk binnen te blijven en alleen als het echt niet anders kan in de auto te stappen - altijd alleen, nooit in groepen. „Onze broeders moeten andere kleding aantrekken en hun uiterlijk veranderen.”
Tal van Hamas-leden volgen het advies op. Een van hen wijst op het voorbeeld van Mahmoud Abu Hanoud, een bommenmaker die onder de Palestijnen legendarisch werd door de listige manier waarop hij jarenlang uit Israëlische handen wist te blijven. Abu Hanouds truckendoos was onuitputtelijk: nu eens hulde hij zich in een chador of vermomde zich als Palestijnse boer, dan weer schoor hij zijn baard af en liet hij zich een modieus kapsel aanmeten. Uiteindelijk kwam hij toch bij een Israëlische raketaanval om het leven.
„We gebruiken zijn methodes nog steeds”, zegt het Hamas-lid. Een zwaarlijvige Palestijn heeft de opdracht gekregen af te vallen, zijn baard af te scheren en zich een nieuwe look aan te meten. Daarna krijgt hij een nieuwe identiteitskaart. Vervalst, uiteraard.
In de Gazastrook heeft Israël geen soldaten. Hamas-leden zijn er vooral bang voor raketaanvallen. De politieke leiders van Hamas in de Gazastrook zijn normaal gesproken veelvuldig te gast in praatprogramma’s op de televisie, maar blijven nu uit de buurt van de opnamestudio’s. Een optreden in een rechtstreekse uitzending zou van hen een gemakkelijk doelwit maken.
Automobilisten veranderen ook hun gewoontes. Veel Palestijnen rijden nu met de ramen open, zodat zij naderende helikopters kunnen horen. Ze ontwikkelen verder de gewoonte om een grotere afstand tot hun voorganger te bewaren - een hele opgave in de overvolle straten van Gaza-stad.
In Nablus op de Westelijke Jordaanoever, waar het wemelt van de Israëlische soldaten, raken veelgezochte mannen door hun onderduikadressen heen. Op straat is het niet veilig: je kunt er altijd op een Israëlische patrouille stuiten. Sommige militanten springen ’s avonds van dak naar dak, totdat zij een plek vinden die veilig genoeg oogt om er de nacht door te brengen.
Drie leden van de al-Aqsa Martelaren Brigades hebben wekenlang ondergedoken gezeten in het Raffidiyeh-ziekenhuis in Nablus. Een bevriend personeelslid liet hen iedere avond binnen en wees hen een kamer waar ze konden slapen. Uiteindelijk kwam de directeur van het ziekenhuis erachter. Hij sommeerde de mannen te vertrekken. Tevergeefs.
Vorige week zagen Israëlische soldaten de drie op het dak van het ziekenhuis zitten. Het kwam tot een vuurgevecht, waarbij een van de drie Palestijnen omkwam. De overige twee werden dinsdag door Israëlische soldaten in Arabische gewaden opgehaald.
Hamas is strakker georganiseerd dan de al-Aqsa Martelaren Brigades en is beter in staat onderduikadressen te vinden. Een huiseigenaar in Nablus vertelt hoe hij een appartement verhuurde aan een leraar. Tenminste, dat dacht hij totdat de woning werd opgeblazen. De huurder bleek een extremist te zijn. Deze had een bom per ongeluk laten afgaan en kwam daarbij om het leven.
„Bescherming en steun bieden aan de strijders is deel van onze religie”, schrijft de prominente Hamas-leider Abdel Aziz Rantisi op zijn website. „Het is onderdeel van de jihad.”