Scheepvaart lekt te veel koelgassen
De scheepvaart lekt te veel koelgassen. De grote hoeveelheden koelgassen lekken weg uit de koel– en vriesinstallaties. Dat blijkt uit een woensdag verschenen onderzoek van de Inspectie van het ministerie van VROM.
Naar verhouding lekken de koel– en vriesinstallaties op zee tien keer zo veel koelgassen dan de installaties op het land. Installaties op trawlers verliezen jaarlijks gemiddeld de helft van de koelgassen. Bij kotters is dit zelfs 80 procent. Op het land is het gemiddelde lekpercentage 4,5. De koelgassen tasten de ozonlaag aan en hebben een nadelig effect op het klimaat.
In vergelijking met koelinstallaties op land, draagt de scheepvaart daarom ook onevenredig veel bij aan de uitstoot van koelmiddelen. De koelinstallaties op schepen bevatten slechts 5 procent van de totale hoeveelheid koelmiddelen in Nederland, maar zijn wel verantwoordelijk voor 35 procent van de totale verliezen.
De laatste jaren zijn de verliezen op het land sterk teruggedrongen, maar bij de scheepvaart heeft nog geen reductie plaatsgevonden. De inspectie vindt dat de sector meer moet doen om het lekken van de koelinstallaties te voorkomen. Dat kan door preventieve controles, het beter onderhouden van koelinstallaties en het vervangen van oude installaties. De inspectie gaat er op toezien dat de rederijen maatregelen nemen om het lekken te voorkomen. Tegen reders met te hoge lekkages bij hun schepen heeft zij proces–verbaal opgemaakt.
De Stichting De Noordzee vindt dat schepen die veel koelgassen lekken direct aan de ketting moeten. Ook wil de stichting een verbod op het gebruik van de cfk’s, die de ozonlaag aanstasten. Meer inspecties op schepen en het uitdelen van boetes en het aan de ketting leggen van schepen die verwijtbaar lekken, zal scheepseigenaren eindelijk in beweging krijgen, stelt M. Landendijk van de stichting.