„ICC in Afrika”
DEN HAAG (ANP) – De kersverse hoofdaanklager van het Internationaal Strafhof (ICC), de Afrikaanse Fatou Bensouda, zoekt vooralsnog alleen Afrikaanse verdachten. Het hof, dat dit jaar zijn tiende verjaardag viert, is daarbij moeilijk voortvarend noemen. Tot dusverre is er nog maar in één proces uitspraak gedaan. Dat was tegen de relatief onbeduidende militieleider Thomas Lubanga uit het noordoosten van de Democratische Republiek Congo. Hij werd in maart schuldig bevonden aan het ronselen van kindsoldaten. Tegen hem is 30 jaar cel geëist.
Met arrestatiebevelen begon het ICC op verzoek van Uganda in 2005, gericht tegen onder anderen de Ugandese massamoordenaar Joseph Kony. Die is nog steeds voortvluchtig.
In Den Haag staat sinds november wel een Congolese ex-vicepresident terecht, Jean-Pierre Bemba. Eind november 2011 werd de ex-president van Ivoorkust, Laurent Gbagbo, naar de cellen van het hof in Scheveningen overgebracht.
De belangrijkste figuren waar het ICC op aast of aasde, zijn de president van Sudan, Omar Hassan al-Bashir, en de Libische dictator Muammar Kaddafi. Bashir is nog steeds president en voortvluchtig en Kaddafi werd in oktober vorig jaar gedood door opstandelingen. Het ICC overweegt wel Kaddafi’s zoon Saif al-Islam te berechten.
Het hof wil volgend jaar een proces voeren tegen twee Keniaanse politici die graag aan de presidentsverkiezingen in het Oost-Afrikaanse land willen meedoen, Uhuru Kenyatta en William Ruto.
