In het nieuwe voorstel pleiten de opstellers, de Thaise WTO–directeur Supachai Panitchpakdi en de Uruguayaanse ambassadeur Carlos Perez del Castillo, voor een verlaging van de exportsubsidies en binnenlandse steun in de landbouwsector. In Nederland zal naar verwachting de melkveehouderij het daardoor moeilijker krijgen. Op het gebied van markttoegang moeten de ontwikkelingslanden door lagere invoerrechten meer kans krijgen om hun landbouwproducten te slijten.

De onderhandelingen over landbouw maken deel uit van de zogeheten Doha–ronde die moet leiden tot vrijere wereldhandel, maar mogelijk ook tot regels met betrekking tot investeringen, mededinging en milieu. Doha is de plaats in Qatar waar het overleg in 2001 begon.

De ministers van Handel van de WTO–lidstaten komen van 10 tot 14 september bijeen in de Mexicaanse badplaats Cancún. Deze bijeenkomst wordt gezien als de sleutel voor een succesvolle afsluiting van de Doha–ronde eind 2004. Diplomaten bereiden de grote WTO–conferentie nu voor in Genève, waar de WTO is gevestigd.

Het nieuwe plan voor de landbouw is minder vooruitstrevend dan de ideeën die de Hongkongse ambassadeur Stuart Harbinson eerder dit jaar lanceerde. Hij kwam met gedetailleerde voorstellen voor het afbreken van de landbouwsteun, maar ontmoette sterke weerstand van de EU en Japan. Japan was maandag positiever over de jongste plannen, maar vreest nog steeds dat zijn rijstboeren te veel worden getroffen. De EU en de VS wilden nog niet reageren.

Panitchpakdi en Perez del Castillo laten veel ruimte voor onderhandelingen, wat ook de essentie is van de Europees–Amerikaanse tandem. Ondanks het pleidooi voor minder overheidssteun kregen de plannen maandag een koele ontvangst van de ontwikkelingslanden. Brazilië, India en China hebben ingezet op radicale liberalisering van de landbouw en zien daar nu weinig van terug. De rijke landen steunen hun boeren jaarlijks voor circa 300 miljard dollar.