Buitenland

Expeditie vindt resten Taliban-slachtoffers

Een herder leidt de Afghaanse autoriteiten naar een vallei waar de Taliban in 1999 72 mensen zouden hebben afgeslacht die valselijk werden beschuldigd van het aanwakkeren van een korte opstand in het westen van Afghanistan.

AP
11 January 2002 22:28Gewijzigd op 13 November 2020 23:21

De vallei ligt bezaaid met botten en schedels. De polsen van enkele stoffelijke overschotten zijn bij elkaar gebonden met groen nylonkoord. Half begraven in de modder zijn beenderen, wandelstokken, halfvergane kleding en zelfs een kunstbeen te ontwaren.

Mousa Rezaie, een vertegenwoordiger van de Hezb-e-Wahadat -een minderheidsgroepering van sjiitische moslims die zich verzette tegen de Taliban- in de provincie Herat, zegt dat de mensen die in het gebied wonen wisten van de moord op de gevangenen, die in 1999 uit de gevangenis van Adreskan waren gehaald, maar dat ze geen idee hadden waar de lichamen gebleven waren. Volgens Rezaie beschikte een herder over informatie die een opsporingsexpeditie naar de afgelegen vallei van Adreskan, ongeveer 120 kilometer ten zuiden van de stad Herat, leidde.

Een groepje gewapende Hezb-e-Wahadat-strijders staat op wacht terwijl de overblijfselen worden verzameld en in witte doodskleden gewikkeld. Rezaie zegt te zullen proberen om de doden met behulp van de Taliban-administratie te identificeren, maar hij vreest dat de meeste slachtoffers een dezer dagen zullen worden begraven als „onbekende martelaren. Wij zoeken naar meer”, zegt Rezaie, terwijl hij uitlegt dat er veel berichten zijn over buitengerechtelijke executies door de Taliban in Herat.

De Taliban werden eind vorig jaar afgezet in Afghanistan toen oppositietroepen hen met behulp van Amerikaanse bombardementen wisten te verslaan. De VS beschuldigden de Taliban ervan onderdak te verschaffen aan de belangrijkste verdachten van de aanslagen van 11 september in New York en Washington.

Hoji Anwar Tavakolli, die woensdag deel uitmaakte van de opsporingsexpeditie, zegt dat hij wegens anti-Taliban-activiteiten werd vastgehouden in de gevangenis van Adreskan toen er een groep van 74 gevangenen werd binnengebracht. Zij waren volgens hem gedeporteerd vanuit het naburige Iran, waar veel Afghanen naartoe waren gevlucht om te ontkomen aan de oorlog en de moeilijke economische omstandigheden. Deze mensen hadden volgens hun toenmalige medegevangene het ongeluk om tijdens een opstand tegen de Taliban terug te worden gestuurd naar Afghanistan. Twee leden van de groep, die bestond uit personen afkomstig uit heel Afghanistan, werden gedood in de gevangenis en de rest werd weggevoerd, zegt Tavakolli.

Hij vertelt hoe hij kort daarop werd vrijgelaten en van een herder hoorde dat de 72 verdwenen gevangenen naar een vallei waren gebracht om te worden gedood. De herder wist niet hoe zij om het leven waren gebracht. Tavakolli vroeg de Taliban samen met enkele anderen toestemming om de lichamen op te halen en te begraven. De Taliban-functionarissen antwoordden echter: „Laat ze maar liggen voor de dieren.” Na de val van de Taliban ging Tavakolli op zoek naar de herder die hem had verteld over de slachtpartij. Hij slaagde erin hem op te sporen en vond het massagraf.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer