Abbas maakte sinds donderdag een rondreis door de regio, die hem bracht in Saudi-Arabië en Jordanië. Voor zondag stond een toespraak tot het Koeweitse parlement op het programma.

De Koeweitse premier, sjeik Sabah Al Ahmed Al Sabah, zei tegenover de Koeweitse krant Al-Siyassah dat het bezoek was uitgesteld omdat de Palestijnse Autoriteit „aarzelde” aan het slot van Abbas’ bezoek alsnog een veroordeling van de Iraakse invasie van 1990 uit te spreken. Al Sabah zei dat Abbas was gezegd dat het Koeweitse volk het bezoek van een hoge Palestijnse functionaris alleen kan accepteren als die excuses aanbiedt voor de Palestijnse houding van destijds over de Iraakse inval.

De Palestijnse minister Yasser Abed Rabbo zei dat het niet doorgaan van het bezoek verband hield met complicaties in het programma van Abbas.

Koeweit zette na de oorlog duizenden Palestijnse arbeiders het land uit. Er zijn nu nog ongeveer 5000 Palestijnen in het land, terwijl dat er voor de oorlog wel 400.000 waren. Ook stopte Koeweit, dat de belangrijkste geldschieter van de Palestijnse Autoriteit was, alle financiële hulp aan de Palestijnen.

Abbas ontkende in Saudi-Arabië dat Saudisch geld voor arme Palestijnen wordt doorgesluisd naar extremistische groepen. De Saudische fondsen worden gestort op een rekening van de Palestijnse Autoriteit, die ervoor zorgt dat zij naar sociale en economische programma’s gaan, zei de premier.