Rebellen Liberia wijzen opvolger van Taylor af
De Liberiaanse vice-president, Moses Blah, die naar verwachting vandaag de macht overneemt van de omstreden Charles Taylor, is er „100 procent van overtuigd” dat hij vrede kan brengen in het West-Afrikaanse land. De rebellen in Liberia hebben echter al aangegeven Blah, volgens hen „een tweede Taylor”, niet te zullen accepteren.
President Charles Taylor van Liberia gaf zondag voor het eerst officieel aan dat hij van plan was vandaag zijn ambt neer te leggen. In zijn afscheidstoespraak, die zondag op radio en tv werd uitgezonden, zei hij af te treden uit liefde voor zijn land en omdat er zoveel doden vallen.
Taylor, die door de Verenigde Staten, de West-Afrikaanse buurlanden en de Liberiaanse rebellenlegers tot aftreden is gedwongen, verklaarde dat hij niet „uit angst” de strijd staakt. „Ik houd erg veel van dit land. Daarom heb ik besloten dat ik het presidentschap moet opofferen. Als ik mensen zie sterven, moet ik stoppen met vechten. Ik stop nu, omdat u, het volk, het allerbelangrijkst bent.”
Hij zei niet of hij naar het buitenland vertrekt. Wel sloot hij zijn vijftien minuten durende speech af met de woorden: „Ik verklaar: als God het wil, kom ik terug.”
Taylor haalde in zijn speech uit naar de VS, die volgens hem zijn vertrek hebben geforceerd door een ’iedereen-is-goed-behalve-Taylor-politiek’ te volgen. De Amerikaanse president George Bush heeft steeds volgehouden dat alleen Taylors vertrek een eind kan maken aan veertien jaar bloedvergieten in Liberia.
Taylor drong er bij de Amerikaanse regering op aan veel geld te schenken voor ontwikkelingshulp aan Liberia. „Als ze 100 miljard dollar in Irak kunnen uitgeven of proberen uit te geven - wij hebben hier maar een paar miljard nodig.”
De Liberiaanse vice-president, Moses Blah, de gedoodverfde opvolger van Taylor, gaf zondag de verzekering dat Taylor maandag zal aftreden en vertrekken. „President Taylor geeft de macht op voor de zaak van de vrede”, zei Blah. „Hij laat het land in mijn handen achter.” Taylor zou maandagmorgen officieel om één minuut voor twaalf plaatselijke tijd zijn ambt neerleggen, om daarna in Nigeria in ballingschap te gaan. Bij het ter perse gaan van deze krant was nog niet bekend of Taylor inderdaad zijn presidentschap neer heeft gelegd.
Taylors naaste medewerkers probeerden zondag voldoende brandstof te vinden om een generator te laten draaien, zodat de president zijn afscheidsboodschap kon opnemen. Een van de medewerkers, Vaanii Passawe, noemde het brandstofgebrek een groot probleem. Hij zei dat ook de presidentiële residentie zonder elektriciteit zat en dat het tekort zowel de toespraak als de afscheidsceremonie van vandaag dreigde te torpederen.
De meeste inwoners van Monrovia hadden wel wat anders aan hun hoofd dan het naderende vertrek van hun president. Zij zochten naar voedsel. Taylor laat een kapotgeschoten en ontredderd Liberia achter. Het land is na veertien jaar burgeroorlog bankroet. In die periode zijn naar schatting een kwart miljoen mensen omgekomen. Door de gevechten van de laatste maanden in Monrovia is er daar een groot gebrek aan voedsel, schoon drinkwater en medicijnen. Velen zijn gedwongen zich te voeden met bladeren en bloembollen. Ook in andere Liberiaanse steden, onder meer in de tweede stad Buchanan, is de humanitaire situatie slecht.
Kleine groepjes mensen verzamelden zich zondag bij de residentie van Taylor. Enkelen zeiden bezorgd te zijn over plunderingen door Taylors strijders, als de president inderdaad aftreedt. Ook rebellenwoordvoerders waren sceptisch over Taylors toezeggingen. „Totdat hij aftreedt, zal ik het niet geloven”, zei een van hen, Sekou Fofana. Fofana hernieuwde de belofte de haven van Monrovia vrij te geven zodra Taylor van het toneel is verdwenen. De haven is van belang voor de bevoorrading van de stad, speciaal voor de wijken die in handen zijn van Taylors strijders. Amerikaanse en West-Afrikaanse militairen waagden zich zaterdag voor de eerste maal in het havengebied en vonden daar leeggeplunderde pakhuizen en in het water drijvende lijken.
De beëdiging van Taylors opvolger, de 56-jarige Blah, zal met veel ceremonieel worden omgeven. Onder meer de presidenten van Zuid-Afrika, Ghana en Togo zullen vertegenwoordigd zijn. Blah zei zondag dat hij direct na zijn installatie „de vredespijp gaat roken” met de rebellenleiders. „Ik heb geen interesse in het presidentschap. Ik wil iedereen dan ook oproepen weer eenheid in Liberia te bewerkstelligen.” Blah, die door de rebellen als een marionet van Taylor wordt beschouwd, riep de opstandelingen op hun wapens neer te leggen en gezamenlijk aan de wederopbouw van het land te werken.
Taylor stortte Liberia in 1989 in een burgeroorlog die zeven jaar zou duren en ongeveer 100.000 mensen het leven zou kosten. Hij kwam uit het conflict tevoorschijn als de sterkste krijgsheer en won in 1996 de presidentsverkiezingen. Zijn tegenstanders lieten het er echter niet bij zitten en Taylors regime kwam de afgelopen maanden ernstig in de problemen door een opmars van twee rebellenbewegingen. Mede onder druk van de VN en de buurlanden staat het regime nu op het punt van vallen.
De VN hebben sancties tegen Taylors bewind ingesteld omdat het betrokken is bij verscheidene rebellenbewegingen in West-Afrika. Een hof in Sierra Leone klaagde Taylor vorig jaar aan wegens oorlogsmisdaden, omdat hij steun zou hebben gegeven aan rebellen in het buurland.
Aanvankelijk zei Taylor dat hij pas zou vertrekken als er voldoende buitenlandse vredestroepen in Liberia waren gearriveerd. Ook eiste hij dat de aanklacht wegens oorlogsmisdaden zou worden ingetrokken.
Bij besprekingen over Liberia in Ghana is een vredesakkoord binnen handbereik. Volgens bemiddelaar Cheick Diarra kan het akkoord morgen worden ondertekend als Taylor is vertrokken. In het ontwerpakkoord wordt een overgangsregering voorzien die mogelijk al in september in Monrovia wordt geïnstalleerd en die begin 2005 plaats zou moeten maken voor een eind 2004 gekozen regering.