Geschiedenis

Mercator legde 500 jaar geleden basis voor moderne cartografie

Tegenwoordig reist de mens aan de hand van navigatiesystemen. Tot voor kort gebeurde dat met de landkaart of plattegrond op schoot. Dit jaar staan kaartenmakers stil bij het 500-jarig bestaan van de moderne cartografie. Daarbij kunnen zij niet heen om de naam van Gerard Mercator.

5 March 2012 21:29Gewijzigd op 14 November 2020 19:44
Gerardus Mercator. Beeld Hulton Archive
Gerardus Mercator. Beeld Hulton Archive

Eerst was, naar men dacht, de aarde een platte schijf met daarop alleen Europa, Azië en Afrika. Langzaam groeide het besef dat de mensheid op een bol leefde. Maar nog steeds bleven er veel geheimen. Zeevaarders kwamen met wilde verhalen thuis, maar hoe het nu werkelijk zat was onduidelijk.

De oudst bekende landkaart dateert van circa 2300 voor Christus. Daarna was het de Griekse historicus Strabo (ca. 64 v.Chr.-19 na Chr.) die een grote stap zette door de eerste beschrijving van de bekende wereld te maken in zijn ”Geographika”.

Claudius Ptolemaeus (87-150) hielp reizigers en ”geografen” een stap verder met zijn ”Cosmographia” of ”Geographia”. In deze gids voor het maken van kaarten nam hij een lijst op met de lengte- en breedtegraden van circa 350 plaatsen. Het werk van Ptolemaeus was tot in de 15e eeuw leidend.

Ontdekkingsreizen

De grote ontdekkingsreizen luidden een nieuw tijdperk voor de cartografie in. In de 16e eeuw zwierven zeevaarders uit over de wereldzeeën; op zoek naar nieuwe landen, continenten en vooral handelsposten. Beetje bij beetje brachten deze eerste kosmopolieten de gebieden die zij bereisden in kaart. Betrouwbaar waren de landkaarten nog niet, maar ze gaven in ieder geval een idee van de vorm van de kustgebieden en soms ook van wat daarachter lag.

De eerste man die meerdere kaarten bundelde tot wat later ”atlas” zou gaan heten, was de in Venetië woonachtige Battista Agnese (ca. 1500-1564). Hij maakte tussen 1536 en 1564 handgetekende perkamenten wereldatlassen. Anderen geven de eer aan kaartenmakers uit het Franse Dieppe, die in dezelfde periode series wereldkaarten tekenden.

Kaarten maken was in deze tijd iets voor de rijksten. Agnese werkte bijvoorbeeld voor keizer Karel V en in Dieppe maakten ze kaarten in opdracht van de Engelse en de Franse koningen.

Cartografie was vanaf deze tijd veel meer dan het tekenen en schetsen van landen en wereldzeeën. Het ontwikkelde zich tot een bijna wetenschappelijk vakgebied. Cartografen moesten niet alleen goed kunnen tekenen en graveren, maar ook alles afweten van landmeetkunde, navigatie, geografie, astronomie en het maken van instrumenten.

Mercator

Een van de grondleggers van het vakgebied is Gerardus Mercator (1512-1594). Hij wordt 500 jaar geleden –5 maart 1512– geboren in het Vlaamse Rupelmonde als Gerard de Kremer of Cremer, zoon van een schoenmaker. Gerard krijgt de kans te studeren, onder anderen bij de Broeders des Gemenen Levens in ’s-Hertogenbosch en aan de universiteit van Leuven. Hij ontwikkelt zich tot een graveerder en kaartenmaker van naam.

Verkoopsucces wordt Mercators kaart van Terrae Sanctae, het Heilige Land. Het is mede deze kaart die hem bijna het leven kost, omdat hij gebaseerd is op het werk van Luthers vriend Cranach. Mercator ‘verried’ daarmee zijn lutherse achtergrond en belandt in 1544 in de gevangenis. Door hulp van vrienden komt hij na maanden vrij, maar medegevangenen sterven op de brandstapel, worden onthoofd of levend begraven. Mercator trekt naar het lutherse Duisburg in Duitsland.

De „Ptolemaeus van zijn tijd” worstelt ondertussen met de vraag: hoe teken ik landen die op de bolle aarde liggen zo getrouw mogelijk op een platte landkaart? Mercator probeert bij het beantwoorden van die vraag vooral de zeevaarders te bedienen. De kompasrichtingen op de kaart moeten zo veel mogelijk overeenstemmen met die in werkelijkheid. Dat vergemakkelijkt het navigeren. Een nadeel van Mercators oplossing is dat hij de landen bij de Noord- en Zuidpool veel groter moet weergeven dan zij in werkelijkheid zijn. Het praktische voordeel wint het van het geografische. De mercatorprojectie wordt een veelgebruikte; tot op de dag van vandaag.

Mercator is ook de eerste –sommigen zeggen: tweede– die het begrip atlas introduceert voor een verzameling landkaarten in een boek. Hij ontleent die naam aan Atlas, een krachtige persoon uit de Griekse mythologie, die ook een groot astronoom was.

Mercators ster rijst verder. Zijn wetenschappelijke interesse brengt hem ertoe zich meer te richten op de kosmografie, een beschrijving van de schepping en de oorsprong van alle dingen. Voor Mercator staat het vast dat uit dit vakgebied „Gods wijsheid oneindig zal blijken en zijn goedheid onuitputtelijk.”

Amsterdam

Na Mercator ontwikkelt de cartografie zich snel verder. De kaarten worden steeds gedetailleerder en preciezer; niet het minst door de deskundigheid van Nederlandse kaartenmakers, zoals Jodocus Hondius (1563-1612) te Amsterdam, Johannes Janssonius uit Arnhem (1588-1664) en Willem Jansz. Blaeu (1571-1638) te Amsterdam en diens zonen. In de volgende eeuw geldt de in Amsterdam gevestigde Frederik de Wit (1630-1706) als een van de belangrijkste uitgevers van kaarten.

In de 19e eeuw en de eerste helft van de 20e eeuw neemt de Duitse cartografie een vooraanstaande plaats in. De Nederlanders doen in deze periode niet echt mee.

De moderne cartografie ondergaat rond 1914 een nieuwe revolutie als de luchtfotografie van de grond komt. Steeds beter kan de mens de aarde echt in kaart brengen. In de tweede helft van de 20e eeuw zorgt de computer voor een volgende aardverschuiving. Zeker de koppeling van kaarten met een wereldwijd satellietplaatsbepalingssysteem, beter bekend als global positioning system (gps), brengt ongekende mogelijkheden: landmeten kan voortaan vanachter het bureau.

Uiteindelijk keert de geschiedenis van de cartografie dan toch weer terug in Amsterdam: de koppeling van digitale kaarten aan gps-apparatuur en eventueel 3D-opnamen van straten, maakt feilloze navigatie mogelijk. Een van de grote spelers op dat terrein is TomTom met zijn hoofdkantoor in Amsterdam.


Activiteiten 500 jaar Mercator

Rond het thema 500 jaar cartografie en Mercator is een reeks activiteiten georganiseerd. Vooral in België is veel aandacht voor het thema.

In Nederland loopt in het Maritiem Museum Rotterdam sinds oktober een expositie onder de titel ”Recht zo die gaat! Varen op de kaart van Mercator”. Te zien tot 8 september 2013.

In het Belgische Sint-Niklaas is gisteren in het SteM, het stedelijk museum van Sint-Niklaas, de expositie ”Mercator Digitaal” geopend. In Sint-Niklaas zijn ook veel andere activiteiten op poten gezet: concerten, een wandeling, een kaartenbeurs, lezingen en de onthulling van een beeldje van Mercator. Ook komt er een internationaal academisch congres (mercatorconference2012.be).

De Katholieke Universiteit Leuven organiseert een serie lezingen. Zie aow.kuleuven.be/geografie/mercator500jaar. De universiteit stelt ook een tentoonstelling samen ”Niemands Land. Cartografen in het voetspoor van Mercator”. Te zien in de Campusbibliotheek Arenberg, Heverlee, van 22 maart tot en met 5 mei. Duitsland blijft niet achter. Zo zijn er exposities in het Mercatormuseum in Duisburg (zie gerhard-mercator.de en stiftung-mercator.de/mercator-jahr) en in Museum für Kunst und Kulturgeschichte in Dortmund (zie mercator500.de).


Amerigo Vespucci 500 jaar

Er zijn twijfels over de waarheid van zijn ontdekkingsavonturen. Dat neemt niet weg dat Amerigo Vespucci nog steeds voorkomt in het rijtje van de grote ontdekkingsreizigers. Niet voor niets heet het continent dat hij waarschijnlijk (mede) ontdekte naar hem: Amerika. Het was 22 februari 500 jaar geleden dat hij stierf.

Vespucci werd 9 maart 1454 geboren in Florence (Italië). Hij diende er de rijke bankiersfamilie De Medici. Die zond hem in 1492 naar het Spaanse Sevilla. Daar kwam Vespucci in contact met zeevaarders en werd hij zelf ontdekkingsreiziger.

Er leefde toen vragen rond de bewering van de ontdekkingsreiziger Columbus dat hij de oostkant van Azië had ontdekt. Vespucci geloofde er meer in dat Columbus een nieuw continent had gevonden.

Vespucci maakte volgens zijn eigen verhalen vier reizen naar de West. Historici betwijfelen echter of hij de eerste en de laatste reis wel echt gemaakt heeft. Vespucci heeft mogelijk de eer naar zich toe willen trekken dat hij als eerste het vasteland van Zuid-Amerika heeft ontdekt.

Vespucci’s reisverslagen vonden veel aftrek in Europa. Het door hem ontdekte Mundus Novus, oftewel de Nieuwe Wereld, kreeg van kaartenmakers de naam Amerigo en later Terra Americi of Amerika.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer