Uit protest tegen de rellen hebben jongeren donderdag het Tahrirplein in het centrum van de hoofdstad Caïro geblokkeerd. Toen de politie de betogers met geweld belette naar het ministerie van Binnenlandse Zaken te marcheren, vielen 388 gewonden, vooral door het inademen van traangas, aldus het ministerie van Volksgezondheid.

De rellen woensdag braken uit na de wedstrijd van al-Masry uit Port Saïd tegen topclub al-Ahly uit Caïro. Honderden fans van al-Masry stormden het veld op, gewapend met messen. Ze renden naar de tribune met aanhangers van al-Ahly. Die sloegen op de vlucht, maar volgens ooggetuigen zat de nooduitgang op slot.

Het is niet duidelijk waarom de rellen uitbraken. Al-Masry had de wedstrijd met 3-1 gewonnen en draait goed in de competitie. Egyptenaren zoeken daarom naar andere redenen. Daarbij denken ze vooral aan de opstand van vorig jaar. De harde kern van Al-Ahly was betrokken bij de massale protesten die een einde maakte aan het bewind van president Hosni Mubarak.

De grootste politieke partij van het land, de Moslimbroederschap, noemde de ongeregeldheden „een boodschap van de overblijfselen van het oude regime.” Voetbalmakelaar Ton Poldner geeft ze gelijk. Hij omschrijft Al-Ahly als een volksclub met miljoenen fans in het hele land. „Dit is een hele bewuste actie geweest om de club van het volk om zeep te helpen. De fans van Al-Ahly zijn de arbeiders, de mensen van de straat die het regime van Mubarak hebben omvergeworpen”, zegt hij.

Ook de nieuwe machthebbers krijgen de schuld. Volgens getuigen was de beveiliging bij het stadion belabberd. „Dit was geen sportongeluk, dit is een militaire slachting”, scandeerden fans van Al-Ahly.

Alle voetballers hebben de rellen overleefd. Een van hen is oud-Feyenoorder Sherif Ekramy. De keeper moest rennen voor zijn leven. Hij zal nooit meer voetballen, zei hij tegen een Egyptische tv-zender. „Het is over. We hebben met zijn allen deze beslissing genomen.” Ook een andere ex-Feyenoorder, Hossam Ghaly, stond op het veld toen de rellen uitbraken.