Dat meldde een groep internationale onderzoekers donderdag.

Voor 2008 nam het aantal abortussen juist flink af. Tussen 1995 en 2003 daalde het aantal per 1000 vrouwen in de vruchtbare leeftijd tussen de 15 en de 44 jaar van 35 tot 29. In 2008 is dat aantal gestabiliseerd op 28, blijkt uit de laatste cijfers.

Volgens de onderzoekers komt dat omdat er in de tussentijd minder is gedaan aan het beschikbaar stellen van anti­conceptie om ongewenste zwangerschappen te voorkomen.

De christelijke ontwikkelingsorganisatie Prisma is het daar „deels wel mee eens”, zegt Anke Plange-van Well, werkzaam bij Prisma en gespecialiseerd in basisgezondheidszorg. „Maar eigenlijk begint dit probleem met het feit dat er wereldwijd zo veel ongewenste zwangerschappen zijn. Waar komen die vandaan? Blijkbaar is er nog een grote mate van onbekendheid over zwangerschap en over de mogelijkheid dat jongeren ook nee kunnen en mogen zeggen als het om seksualiteit gaat.” Naast het bespreekbaar maken van anticonceptiva is dat waar Prisma op in wil zetten: „Laat zo’n meisje sociale vaardig­heden ontwikkelen om nee te durven zeggen.”

Het aantal abortussen mag wereldwijd dan niet verder toegenomen zijn, gestegen is wél het percentage abortussen die onveilig worden uitgevoerd.

Werd in 1995 nog 44 procent van de abortussen uitgevoerd onder gevaarlijke omstandigheden, in 2008 was dat 49 procent. Een onveilige abortus wordt gedaan door iemand die daarvoor niet is opgeleid, of onder slechte medische omstandigheden. Dit kan leiden tot bloedingen, infecties, onvruchtbaarheid of zelfs de dood van de vrouw. Volgens de onderzoekers wordt tussen de 95 en de 97 procent van alle abortussen in Afrika en Zuid-Amerika onveilig uitgevoerd.

De inzet van Prisma ligt niet in het veiliger maken van abortussen, maar in het voorstadium, zegt Plange-van Well. „Het gaat in dit soort situaties vrijwel altijd over het recht van een geboren mens, maar niet over het recht van een ongeboren kind. Het zou mooi zijn als deskundigen daar meer over zouden durven zeggen.”