Binnenland

„Verwachting hulpverlening Haïti bizar hoog”

ROTTERDAM (ANP) – „We moeten niet met westerse ogen naar een derdewereldland kijken, hoe graag we ook uit medelijden willen dat het de Haïtianen weer goed gaat”, stelt Thea Hilhorst, hoogleraar humanitaire hulp en wederopbouw aan de Wageningen Universiteit. Volgens haar kijken we met een verkeerde bril naar de resultaten van de hulpverlening aan het straatarme land, waar zich donderdag twee jaar geleden een natuurramp voltrok.

10 January 2012 18:25Gewijzigd op 14 November 2020 18:37
Vluchtelingenkamp Porte-au-Prince.  Foto EPA
Vluchtelingenkamp Porte-au-Prince. Foto EPA

„De verwachtingen zijn bizar hoog. Mensen zouden eerst naar rampen in eigen land moeten kijken en hoe daar de wederopbouw is gelopen. Neem Enschede, daar duurde het ook eindeloos lang voordat de woonwijk weer was opgebouwd. En dat gebeurde wel in een van de rijkste landen van de wereld. In Haïti lag zo’n beetje het hele land in puin.”

De helft van het puin is er nu opgeruimd. Voor de een is dat weinig, voor de ander juist veel omdat de omstandigheden waarin moet worden geruimd totaal anders zijn dan in Nederland. Toch is het een normale psychologische reactie dat wij Nederlanders zo ’hard’ oordelen als we terugkijken, stelt Hilhorst. „Het is een vorm van empathie; we zijn ongeduldig. Dat ongeduld uiten we op basis van medelijden.”

Ze stelt dat de wereld de laatste jaren enorm sterk is geworden in het verlenen van noodhulp. „Als je ziet wat er wereldwijd loskomt als zich zo’n ramp voltrekt. Dat is enorm. Alle informatiesystemen sluiten op elkaar aan en we redden een heleboel mensen van een wisse dood.” Het probleem zit volgens haar in de wederopbouwfase.

Tijdens de wederopbouw gaat het om samenwerken. „Dat is monnikenwerk. Hulpverleners lopen zich stuk op de eigen bureaucratie en de slecht georganiseerde overheid. Aan de ene kant willen Nederlandse hulporganisaties het erg goed doen, maar aan de andere kant is dit ook wel ontwikkelingssamenwerking met de factor vier.”

De hoogleraar vindt dat de hulporganisaties zich meer moeten aanpassen aan de culturele normen en waarden van het land. De ontwikkelingsorganisaties wilden niet bouwen op land waar het eigendomsrecht niet goed was geregeld. „Dat vond ik aanvankelijk ook een goede instelling, maar in de loop der tijd hadden ze misschien toch wat meer vertrouwen moeten hebben in de informele arrangementen die het land kent: bouwen op basis van lokale overeenkomsten. Dan komt het later wel goed. Omwille van de de kritiek opereren ze soms te voorzichtig.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer