Tot nu toe hebben de Amerikanen geen massavernietigingswapens aangetroffen. Maar volgens het inlichtingenapparaat in Israël zegt dat niets. Deze wapens kunnen naar Syrië zijn gezonden of zijn vernietigd voordat de oorlog uitbrak. De Irakezen hebben de lanceerinstallaties, die nodig zijn om raketten naar Israël te schieten, mogelijk ontmanteld. De onderdelen kunnen zijn verstopt.

In november 2002 bestond er in Israël al bezorgdheid dat Irak zijn verboden wapens naar buurland Syrië bracht. De militaire inlichtingendienst onderzoekt deze mogelijkheid nog steeds, aldus Ha’aretz.

In de Verenigde Staten en Groot-Brittannië heerst kritiek op de inschatting van de inlichtingendiensten over het Iraakse bezit van massavernietigingswapens. In Israël is het Steinitz-comité opgericht, dat de werkwijze van de inlichtingendienst met betrekking tot Irak moet onderzoeken. Yuval Steinitz is de voorzitter van het Knesset-comité voor buitenlandse zaken en defensie.

De militaire inlichtingendienst geeft toe dat ze maar weinig informatie had. Enkele maanden voordat de oorlog begon, vermoedden westerse inlichtingendiensten, waaronder die van Israël, dat Irak pogingen ondernam oude bommenwerpers uit het Sovjettijdperk te repareren. De inlichtingendiensten zagen dat deze toestellen opeens weer afstanden vlogen van meer dan 1000 kilometer.

Het militaire inlichtingenapparaat geloofde ook dat Irak nog twee tot acht mobiele lanceerinstallaties, zo’n 50 Scud-B-raketten en een beperkt aantal koppen met biologische en chemische wapens, bezat.

In Israël werd de kans op een aanval met massavernietigingswapens slechts uiterst klein geacht. Maar om het zekere voor het zekere te nemen werd de bevolking gesommeerd gasmaskers in de buurt te houden. Verder stelde het Israëlische leger de Patriot- en Arrow-antiraketsystemen op.