Voor hij op weg ging naar de gevangenis Maasiyahu bij Tel Aviv zei de 66-jarige Katsav opnieuw onschuldig te zijn. Hij verklaarde dat „vandaag een man wordt geëxecuteerd zonder bewijs dat hij schuldig is.” Hij voegde eraan toe dat hij „levend wordt begraven.”

Katsav werd een jaar geleden al veroordeeld, maar mocht zijn beroepszaak in vrijheid afwachten. Op 10 november herbevestigde het Hooggerechtshof het vonnis.

Hij nam in 2007 ontslag als staatshoofd, twee weken voor zijn ambtstermijn afliep. Hij deed dit nadat hij tot een akkoord was gekomen met de aanklagers waardoor hij niet de cel in zou hoeven. Maar later veranderde hij van mening en besloot de zaak toch voor de rechter uit te vechten.

Katsav werd uiteindelijk veroordeeld voor verkrachting van een medewerkster toen hij eind jaren ’90 minister was en het lastigvallen van twee vrouwen tijdens zijn presidentschap.