„Grenzen aan groei veebedrijf”
DEN HAAG – Veehouderijbedrijven moeten geleidelijk kunnen groeien en doorontwikkelen. Een ongebreidelde groei in de vorm van supergrote megastallen vindt het kabinet echter ongewenst.
Dat blijkt uit de visie op de toekomst van de veehouderij die staatssecretaris Bleker (Landbouw) woensdag in Den Haag heeft gepresenteerd.
Agrarische gezinsbedrijven hebben de veehouderijsector in Nederland sterk gemaakt, schrijft de bewindsman in dat document. De veehouderij bevindt zich nu echter op een „kruispunt”, aldus Bleker. Wegens onduidelijkheid over de risico’s van veebedrijven voor de volksgezondheid en wegens zorgen over dierenwelzijn staat de positie van de sector ter discussie. „De maatschappelijke waardering staat onder druk.”
Een „echte en consequente keuze voor duurzaamheid” is volgens de bewindsman nodig „om ook op termijn economisch te overleven.” In 2020 moeten de Nederlandse vlees-, zuivel- en eierketens „veilige, gezonde, kwalitatief hoogwaardige en maatschappelijk gewaardeerde producten maken.”
Dat proces moet langs twee sporen verlopen, schetst Bleker. Allereerst moeten veehouders, tussenhandelaars en supermarkten nog beter gaan samenwerken om te komen tot duurzame producten waar de consument behoefte aan heeft.
Ten tweede moet de hand worden gehouden aan de schaalgrootte van veehouderijen. Het kabinet ziet op dit moment geen reden daarin in te grijpen, maar wil de bouw van supergrote megastallen via lokale overheden, zoals nu ook al gebeurt, wel blokkeren. Het kabinet gaat provincies en gemeenten vragen ook volgend jaar „niet mee te werken aan nieuwe aanvragen voor grote stallen waarvoor wijzigingen in het bestemmingsplan nodig zijn.”
In de toekomst moet er, uit het oogpunt van volksgezondheid, sociaaleconomische effecten of ethische overwegingen, zo nodig een wettelijke grens komen aan de omvang van veehouderijen op een bepaalde locatie.
Met zijn visie sluit Bleker aan bij de conclusie die Alders onlangs na een uitvoerige maatschappelijke discussie over megastallen heeft getrokken in zijn rapport ”Van mega naar beter”, dat de trend van steeds groter wordende veehouderijen die zich richten op de Europese markt geen begaanbaar pad is voor de toekomst.