Al-Allagui sprak op de dag dat de hoofdaanklager van het strafhof, Luis Moreno Ocampo, in Tripoli aankwam voor gesprekken over de zaak. Moreno Ocampo beklemtoonde dat Saif inderdaad niet in Den Haag hoeft te worden berecht. Dat kan ook in Libië, maar volgens hem moet het ICC dat uiteindelijk bepalen.

De 39-jarige Saif en de 62-jarige voormalige veiligheidschef Abdullah al-Senussi worden sinds eind juni gezocht door het ICC dat zich op verzoek van de Veiligheidsraad met Libië bemoeit. Ze worden beschuldigd van misdaden tegen de menselijkheid, eerder dit jaar gepleegd bij het neerslaan van de opstand tegen Muammar Gaddafi.

Volgens Moreno Ocampo gaan de rechters van het ICC over de vraag waar de twee worden berecht en niet de Libische regering. De Libische premier Abdurrahim El-Keib had in het weekeinde al meteen gezegd dat de twee een eerlijk proces in Libië krijgen.

Het ICC is sinds halverwege 2002 een international strafhof dat volkerenmoord, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden berecht. Het hof is evenwel aanvullend en gaat niet over zaken waar de plaatselijke justitie zich te goeder trouw op heeft geworpen. Alleen waar de plaatselijke justitie niet naar behoren kan of wil optreden, komt het ICC in beeld.

Dat is in Libië tijdens de opstand gebeurd op initiatief van de Veiligheidsraad van de VN. De zaak is daarom in handen van het ICC, meent Moreno Ocampo. Dat moet bepalen of een proces in Libië mogelijk is. Premier El-Keib en minister al-Allagui wijzen die redenering af.