Dat heeft het PGGM-bestuurslid Willem-Jelle Berg maandag laten weten. Ruim twee jaar is over de overstap nagedacht. Crux was de onregelmatigheidstoeslag voor de avond en nachturen, die vooral verplegers in leeftijd tussen 30 en 50 jaar ontvangen. Daarvan profiteren zij niet, omdat juist in de laatste jaren voor het pensioen minder nachturen worden gemaakt. Over die extra inkomsten, soms 10 tot 20 procent van het totale salaris, zijn wel premies afgedragen, zo verklaart Berg het besluit voor de wijziging.

De overstap naar het middelloonstelsel kan voor de hoogste inkomens nadelig uitpakken, erkent het bestuurslid. Daartegenover staat dat de voorgestelde regeling voor de laagst betaalden beter uitpakt. Het middelloonstelsel, dat doorgaans goedkoper is, „hoeft daarom geen slechter systeem te zijn,” stelt Berg. Dat komt omdat het bedrag waarover pensioen wordt opgebouwd, omhoog gaat. De ondergrens van deze som, de zogenoemde franchise, zakt van 13.580 euro naar 11.214 euro straks.

Met het voorstel voor middelloon volgt het fonds de trend van de laatste tijd. ABP, Nederlands grootste pensioenfonds, besloot eerder dit jaar over te schakelen naar middelloon. PME, het fonds voor de grootmetaal, koos twee jaar geleden voor de middelloonregeling.

Eind oktober moet de raad van advies zich over het bestuursplan uitspreken. Tot die tijd lichten de vakbonden hun achterban in over de wijziging.

PGGM heeft al laten weten dat de premie voor de miljoen werkenden in 2004 naar 13 procent moet. De verpleegkundigen en welzijnswerkers betalen nu 10,3 procent van het salaris aan premie tegen 7,6 procent vorig jaar.

Het fonds krikt de premies op om zijn reserves aan te vullen. Het vermogen van PGGM, dat elke maand een uitkering aan meer dan 150.000 gepensioneerden verstrekt, is de afgelopen jaren onder invloed van de sluipende beurskrach geslonken naar 45,3 miljard euro eind 2002. Dat betekende een dekkingsgraad van precies 100 procent.