Chronologie van de opstand in Libië
TRIPOLI (ANP) – De verdreven Libische leider Muammar Gaddafi is gevangengenomen. Een beknopte chronologie van de opstand tegen de Libische ’Gids van de Revolutie’:
11 februari: Het regime van Hosni Mubarak in Egypte valt. Op internetsites verschijnen oproepen tot protesten tegen Gaddafi.
15 februari: In Benghazi betogen honderden mensen tegen de aanhouding van de mensenrechtenactivist Fathi Terbil. De demonstraties worden hardhandig neergeslagen.
18 februari: Tienduizenden betogers zijn op de been in Benghazi. Er zijn steeds meer gewelddadige botsingen, waarbij minstens 25 doden vallen.
20 februari: Benghazi is niet meer in handen van Gaddafi. Tal van militairen en agenten lopen over naar de betogers en rebellen. Er zijn ook in Tripoli betogingen tegen Gaddafi.
22 februari: De Arabische Liga schorst Libië, de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties veroordeelt het geweld.
17 maart: De Veiligheidsraad geeft het groene licht voor militaire acties tegen Gaddafi. Franse gevechtsvliegtuigen openen 2 dagen later de aanval.
30 maart: Minister Moussa Koussa van Buitenlandse Zaken vlucht naar Groot-Brittannië.
10 april: Gaddafi accepteert ’routekaart naar vrede’ van Afrikaanse Unie; de rebellen verwerpen het plan.
30 april: De jongste zoon van Gaddafi, Saif al-Arab, komt om bij NAVO-bombardement.
30 mei: Een bemiddelingspoging Zuid-Afrikaanse president Jacob Zuma mislukt.
27 juni: Het ICC vaardigt arrestatiebevelen uit tegen Muammar Gaddafi, zijn zoon Saif al-Islam en veiligheidschef Abdullah al-Senussi.
15 juli: De VS erkennen de Nationale Overgangsraad (NTC) als regering van Libië.
28 juli: De militaire leider van de rebellen, generaal Abdel Fateh Younes, wordt gedood.
21 augustus: Rebellen trekken Tripoli binnen en stuiten op weinig verzet. Van de dictator ontbreekt elk spoor.
17 oktober: Bani Walid valt in handen van de NTC.
20 oktober: Sirte, de laatste grote stad in handen van Gaddafi-aanhangers, wordt veroverd door de NTC.