Medische ethiek tussen zwart, grijs en wit
Titel: ”Als grenzen vervagen. Medische beslissingen rondom het levenseinde”
Auteur: dr. H. J. Agteresch
Uitgeverij: Den Hertog, Houten, 2003
ISBN 90 331 1719 3
Pagina’s: 88
Prijs: € 6,90.
Op de achterzijde van het boekje ”Als grenzen vervagen” lezen we dat de auteur -dr. H. J. Agteresch- in Rotterdam heeft gestudeerd. Hij is gepromoveerd op een onderzoek naar het effect van een experimentele behandeling op onder andere de kwaliteit van leven bij patiënten met longkanker. Hij is werkzaam als internist in opleiding. Zijn werk als medicus bracht hem bij uitstek in aanraking met vragen en beslissingen uit de medische ethiek. Dat blijkt ook uit de vele voorbeelden uit zijn medische praktijk die hij in het boekje verwerkt.
Hij onderscheidt in een driekleurenpallet tussen zwart, grijs en wit. Zwart staat voor moderne medisch-ethische opvattingen waarbij de mens over zijn eigen sterven beslist. Euthanasie, het kiezen voor de dood, wordt afgezet tegen praktijken in het buitenland, met als stelling: Nederlands loopt op de troepen vooruit.
Als derde wordt wit behandeld. Daarbij wordt palliatieve terminale zorg besproken. Deze wordt omschreven als totale actieve zorg, die zich richt op zowel de lichamelijke als de psychische, sociale en geestelijke aspecten van de zieke en zijn omgeving.
Mede door de belangstelling van koningin Beatrix krijgt de palliatieve zorg een steeds grotere plaats en aandacht. De schrijver vraagt wel om oplettendheid. Niet alle medische beslissingen in de palliatieve zorg zijn verantwoord. Men kan er dus nog een verkeerde kant mee uitgaan, getuige de drie voorbeelden die de auteur vanuit de praktijk geeft.
Als dat gebeurt, komt men op het terrein van grijs, waarover het grote middenstuk van het boekje gaat (bladzijden 22-70). In dit hoofddeel worden de volgende onderwerpen behandeld: Toetsingscoden: niet-reanimeerbeleid: verboden of geboden?; antibiotica: medisch zinvol of medisch zinloos?; kunstmatige beademing: doorgaan of staken?; orgaandonatie: doen of laten?; kunstmatige toediening van vocht en voedsel: opdringen of nalaten?; morfine: verantwoord of onverantwoord?
Eerbied voor de dood
Bij elk onderwerp worden dus twee tegenovergestelde gezichtspunten met het oog op een beslissing besproken. Het standpunt van de schrijver is: het leven mag, ja moet verlengd worden; het sterven behoeft, ja mag niet gerekt worden. Er moet eerbied zijn voor de dood, als het sterven daar is. Ik vind dit een waardevol onderscheid, dat ik reeds in lezingen voor de NCRV-microfoon (1971) heb gemaakt. Hier wordt het voor de medische praktijk uitgewerkt en met voorbeelden geïllustreerd. Juist die praktische voorbeelden ter illustratie van de principiële positiekeus maken het boekje goed bruikbaar voor eigen gebruik, in gesprek met huisarts of specialist. Ik acht het een goede hulp voor eigen meningsvorming. Het is nuchter, zakelijk en bewogen geschreven vanuit eerbied voor het leven en daarmee voor God de Schepper als uitgangspunt.
Ik veroorloof me enkele opmerkingen die aan mijn oprechte waardering niets afdoen. Soms zegt de schrijver: hierop (een bepaald hedendaags medisch probleem) geeft de Bijbel geen antwoord; of: de Bijbel spreekt er niet over. Dat is heel begrijpelijk. Men kende in de tijd van Oude en Nieuwe Testament deze medische mogelijkheden of behandelingen nog niet. Men kan daarin vanuit de bijbelse uitgangspunten toch wel een bijbels verantwoorde beslissing nemen. De Bijbel laat ons niet in de steek. Het antwoord zoeken we dan langs indirecte weg.
Nederlandse literatuur
Vervolgens vind ik de term grijs enerzijds een vondst, tussen zwart en wit in. Maar de beslissing die dan genomen wordt draagt niettemin het karakter van zwart of wit. De kwalificatie van grijs is niet tot het eind toe vol te houden.
Ten slotte: We treffen enkele voetnoten aan met verwijzing naar medische literatuur. Waarom wordt er van Nederlandse medische ethiek in de voetnoten geen melding gemaakt? De naam van prof. Jochemsen ontbreekt -ten onrechte- geheel.
Ik wil het boekje hartelijk aanbevelen aan allen die aan deskundige voorlichting behoefte hebben, voor eigen meningsvorming en voor het gesprek met artsen.