Berlusconi voorlopig vrij van aanklachten
De rechtbank in Milaan heeft maandag noodgedwongen de rechtszaak tegen de Italiaanse premier Silvio Berlusconi verdaagd na het van kracht worden van een nieuwe wet die hem onschendbaar maakt voor strafvervolging.
Maar het verzoek van de aanklager om de immuniteitswet ter toetsing aan de Italiaanse grondwet voor te leggen aan het constitutioneel hof werd ingewilligd door de rechtbank.
De immuniteitswet, die eerder deze maand werd aangenomen, stelt dat de premier, de president, de voorzitters van de kamers in het parlement en het hoofd van het constitutioneel hof gevrijwaard zijn van rechtsvervolging zolang zij in functie zijn. Daarom moest de rechtszaak tegen Berlusconi, die is aangeklaagd wegens omkoping, worden opgeschort, terwijl er een uitspraak op komst was.
Openbaar aanklager Ilda Boccassini zei echter dat de wet botst met de Italiaanse constitutie. „De immuniteitswet is duidelijk onconstitutioneel omdat er geen garantie in wordt gegeven voor het principe dat voor de wet iedereen gelijk is”, zei zij. Daarom verzocht zij de rechtbank de wet voor te leggen aan het constitutioneel hof, die daarmee akkoord ging.
Volgens de aanklacht in de Milanese zaak zou Berlusconi eind jaren ’80, toen hij nog geen politicus was, rechters hebben omgekocht om in zijn voordeel te beslissen in een conflict rond de veiling van het staatsvoedselconcern SME. Berlusconi ontkent dit ten stelligste en zei vorige maand dat hij juist het beste voor Italië zocht. Toen het staatsbedrijf te weinig dreigde op te brengen, besloot hij, na smeekbedes van premier Bettino Craxi, deel te nemen aan de veiling.
Het constitutioneel hof heeft gewoonlijk maanden nodig om tot een uitspraak te komen. Dit vrijwaart Berlusconi in ieder geval van de schande veroordeeld te worden terwijl zijn land het voorzitterschap van de Europese Unie bekleedt, waar het dinsdag mee begint. Mocht het hof de wet illegaal verklaren, dan wordt zij onmiddellijk opgeheven en zal de rechtbank in Milaan de rechtszaak tegen de premier meteen voortzetten. Berlusconi’s advocaat Niccolo Ghedini verwacht echter dat de wet wordt goedgekeurd.
Italiaanse politici waren onschendbaar totdat de Italiaanse justitie in 1993 met de operatie Schone Handen de wijdverspreide corruptie in de politiek en de zakenwereld op het spoor kwam en de immuniteit ophief.