Tot nu toe hadden ze mede op aanraden van hun advocaat hun mond gehouden. Dat werd ze in Volendam niet altijd in dank afgenomen.

„Ik heb geen fouten gemaakt in de bedrijfsvoering”, verklaarde Veerman voor de rechtbank in Haarlem. „Niemand heeft schuld. Dit heeft niemand gewild. Bij een ander was hetzelfde gebeurd.”

Af en toe werd de 56-jarige eigenaar van café De Hemel hevig door emoties overmand. „Ik word al 2,5 jaar als een boef afgeschilderd. Mijn vrouw durft ’s avonds de hond niet meer uit te laten, omdat ze is uitgescholden voor moordenaar!”

Veerman gaf wel aan dat hij de baas was in De Hemel en dat de rol van zijn 26-jarige dochter Laura en de 35-jarige medewerker John V. ondergeschikt was. „Laura was een gewone werknemer. John was sinds 20 oktober 2000 bij mij in vaste dienst. Als ik er niet was, was hij verantwoordelijk, maar er werden geen beslissingen genomen zonder mij”, legde Veerman uit.

De drie worden verdacht van brand en dood door schuld en het veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel. In de nieuwjaarsnacht van 2001 woedde in het Volendamse café De Hemel een korte maar felle brand die aan veertien jongeren het leven heeft gekost en waardoor er bijna 300 gewond raakten. De belangstelling van slachtoffers en nabestaanden was donderdag groter dan de eerste twee zittingsdagen.

Veerman bestreed dat er op de avond van de brand te veel mensen in het café waren. „Wij vinden zo’n grote drukte heel normaal. Er is mij nog nooit verteld hoeveel mensen er binnen mochten zijn.” De Volendammer heeft er naar eigen zeggen altijd alles aan gedaan om minderjarigen uit zijn zaak te weren.

Ook hield hij streng toezicht op het ophangen van de kerstversiering, vertelde Veerman. „Als het te laag hing, greep ik in. Het moest zo dicht mogelijk bij het plafond hangen en zo strak mogelijk.” Het is volgens hem „absoluut niet waar” dat de kerstversiering is gaan zakken gedurende de weken dat het hing, zoals sommige bezoekers hebben verklaard.

Veerman probeerde donderdag een beeld neer te zetten dat hij een zeer strenge baas was, die de regels altijd zo goed mogelijk heeft proberen na te leven.

Een aantal slachtoffers was het daar nadrukkelijk niet mee eens. „Lachwekkend”, noemde een zwaar verbrand meisje uit Volendam het relaas van Veerman. „Het is niet waar wat hij zegt. Hij probeert het alleen maar veel mooier te maken.”

Het meisje was zelf veertien toen ze al met haar vriendinnen in café De Hemel kwam. „En ook op rustige zaterdagavonden. Hij heeft ons nooit gevraagd te vertrekken.”

De Volendamse café-eigenaar zei verder na de brand veel te hebben gedaan voor de slachtoffers. Zo heeft hij geld voor hen overgemaakt, waaronder 2,5 miljoen verzekeringsgeld. Ook heeft hij naar eigen zeggen contact gezocht met de Belangenvereniging Slachtoffers Nieuwjaarsbrand Volendam (BSNV).

Laura Veerman vertelde de rechtbank donderdag dat ze niet begrijpt dat zij als verdachte wordt gezien. „Ik ging over de keuken. Mijn vader was beheerder. Ik niet.” In tranen vertelde ze de rechters dat ze het verschrikkelijk vindt wat er is gebeurd.

De bedrijfsleider kwam donderdag ook aan het woord. Het werd duidelijk dat hij een ondergeschikte rol had in het café en niets van doen had met intern beleid. Er hing een doodse stilte in de rechtszaal toen hij zijn verhaal deed. Een verhaal dat de paniek en de chaos van die nacht illustreerde.

Het proces ging vrijdag verder. Mogelijk wordt dan eerst een schriftelijke verklaring namens de slachtoffers voorgelezen. Daarna formuleren en motiveren de aanklagers hun strafeisen tegen de verdachten.