Syrische oppositieleden verdwijnen in Libanon
BEIROET— Leden van de Syrische oppositie verdwijnen op mysterieuze wijze in Libanon, waar het Syrische leger en de veiligheidsdiensten tijdens de bezetting van het land, van 1976 tot 2005, sterk aanwezig waren.
Op 24 mei, om 16.30 uur, ging de 86-jarige Shibli al-Ayssami, een voormalige Syrische politicus en oppositielid, een eindje wandelen. Hij verbleef in het huis van zijn dochter in de Libanese bergstad Aley. Sinds zijn aankomst vijf dagen eerder vanuit Washington, waar hij woont, ging hij elke dag een eindje wandelen. Op 24 mei verdween hij echter spoorloos. „We hebben niets meer van hem vernomen”, zegt Al-Ayssami’s dochter Rajaa Charafedine.
Het duurde een paar maanden voordat er informatie over zijn verdwijning boven water kwam. Volgens een anonieme bron die bij het onderzoek betrokken is, zijn vlak voor de verdwijning drie donkere auto’s met getint glas gezien in de buurt waar Al-Ayssami ging wandelen. De oud-politicus zou in een van de auto’s getrokken zijn, die later gezien werden bij de Syrische grens, op de weg naar Damascus.
Al-Ayssami was een van de oprichters van de Syrische Ba’athpartij. Hij was minister van Onderwijs, Cultuur en Landbouw in de jaren 60 en vicepresident van Syrië in 1966, voordat de regering omver werd geworpen door Hafez al-Assad, de vader van de huidige president Bashar al-Assad. Al-Ayssami werd ter dood veroordeeld onder het nieuwe regime, maar wist te ontsnappen naar Libanon. Twee jaar later was hij medeoprichter van de Ba’athpartij in Irak. Hij trok zich in 1992 terug uit het politieke leven.
Walid Saffur, voorzitter van het Syrische Comité voor Mensenrechten, zegt dat zijn organisatie informatie heeft waaruit blijkt dat Al-Ayssami ontvoerd is door een politiepatrouille onder leiding van een Libanees die „bekendstaat om zijn loyaliteit aan een grote Libanese politieke partij die banden onderhoudt met de Syrische autoriteiten.” Saffur: „Onze informatie wijst erop dat Al-Ayssami gevangen wordt gehouden door een van de takken van de militaire inlichtingendienst in Damascus.”
Al-Ayssami’s ontvoering is niet de eerste in zijn soort in Libanon sinds het begin van de opstand in Syrië. In februari, toen de demonstraties in Syrië net begonnen waren, arresteerde de Libanese militaire inlichtingendienst zes Syriërs uit de familie Jasem terwijl ze flyers uitdeelden waarop werd opgeroepen tot democratische hervormingen in Syrië. Drie van hen verdwenen vlak na hun vrijlating op 25 februari, zegt Nadim Hury, hoofdonderzoeker van Human Rights Watch in Beiroet. „Er zijn drie burgerauto’s gezien bij het politiebureau in de nacht waarin de Jasems verdwenen. Een van de chauffeurs werd herkend als een lid van de Libanese veiligheidsdienst. Hij was destijds verantwoordelijk voor de beveiliging van de Syrische ambassade”, zegt een hoge functionaris van de Libanese veiligheidsdienst die anoniem wil blijven.
„Hij kon niet gearresteerd worden vanwege de explosieve politieke situatie, maar hij is van alle belangrijke verantwoordelijkheden ontheven”, aldus de Libanese veiligheidsfunctionaris. In maart gaf de Syrische ambassade een verklaring uit waarin elke betrokkenheid bij de verdwijning van de broers Jasem werd ontkend.
De zaak-Jasem vertoont sterke overeenkomsten met een reeks verdwijningen in Libanon tijdens de hoogtijdagen van de Syrische bezetting van het land in de jaren 90 van de vorige eeuw, en zelfs na de terugtrekking van het leger in 2005.
„Libanon heeft een pijnlijke geschiedenis als het gaat om arrestaties en illegale uitzetting naar Syrië”, zegt Hury. „Dat is een kwestie die erg gevoelig ligt. Als de veiligheidsdiensten betrokken zijn bij de ontvoering van leden van de Syrische oppositie, moeten de verantwoordelijken vervolgd worden”, vindt hij.
Hury: „De Libanese justitie zou een onafhankelijk en transparant onderzoek moeten instellen naar deze verdwijningen. Alleen dan kan het vermoeden weggenomen worden dat Libanese veiligheidsdiensten zich niet aan de wet houden en samenwerken met Syrische veiligheidsdiensten bij het ontvoeren van Syrische oppositieleden.”