Feiten over de missie in Afghanistan
KUNDUZ (ANP) – Minister Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken heeft woensdag als eerste bewindspersoon een bezoek gebracht aan de politietrainingsmissie in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz. Donderdag vertrekken ruim 160 militairen naar Kunduz. Hieronder volgt een aantal feiten over de missie.
- Nederland stuurt 545 mensen naar Afghanistan. Zij worden gestationeerd in Kunduz, hoofdstad Kabul en Mazar-e-Sharif.
Op de basis in Kunduz zullen 225 politieopleiders aan de slag gaan, samen met vijf justitiële experts. Duitse militairen zorgen voor hun veiligheid. Daarnaast gaan 125 Nederlandse militairen mee naar Kunduz om de trainers te ondersteunen.
In Mazar-e-Sharif komen vier F-16’s te staan, die zullen worden ondersteund door 120 Nederlandse militairen. De gevechtsvliegtuigen worden ingezet om te zoeken naar bommen en om de Afghaanse en internationale troepen te beschermen in noodsituaties. Het commando ligt in Nederlandse handen.
Ten slotte zijn er 70 militairen actief op diverse hoofdkwartieren.
Naar verwachting begint in juli de praktijktraining aan Afghaanse agenten. Agenten die al een basisopleiding hebben gehad, zullen dan buiten de poorten van het kamp worden getraind door een groep van 165 marechaussees en militairen. In januari zal een groep Nederlandse marechaussees ook basisopleidingen van acht weken gaan geven in een Duits trainingscentrum.
De missie duurt tot 2014. De kosten worden geraamd op bijna 470 miljoen euro.