Argentijnse parlement stemt in met nieuw beleid
Argentinië heeft zondag zijn munt gedevalueerd. Minister van economie Jorge Remes Lenicov zei dat een dollar voortaan 1,4 peso zal kosten. De langverwachte bekendmaking kwam luttele uren nadat de Argentijnse Senaat aan president Eduardo Duhalde speciale volmachten had verleend om de economie te redden. Eerder was het lagerhuis ook akkoord gegaan.
Het nieuwe beleid voor de economie maakt een abrupt einde aan bijna elf jaar van monetaire stabiliteit in Argentinië, doordat de nationale munt wordt losgekoppeld van de Amerikaanse dollar. Door de koers van de peso onlosmakelijk te verbinden aan die van de dollar lukte het om de torenhoge inflatie van eind jaren tachtig te beteugelen.
De regering-Duhalde wil de peso sterk devalueren, tot 40 procent, in een poging de internationale concurrentiepositie van het land te verbeteren en zodoende de export op te krikken. Minister van Economische Zaken Jorge Remes Lenicov voorspelt dat de lagere koers van de peso al dit jaar een overschot op de handelsbalans zal produceren van 10 miljard dollar of meer. Deze extra deviezeninkomsten moeten het volgens de bewindsman mogelijk maken het aantal peso’s in omloop met eenzelfde bedrag te verhogen, wat de economische groei ten goede zal komen.
Verschillende kleinere politieke partijen maakten tijdens de parlementaire beraadslagingen bezwaar tegen de forse koopkrachtderving die de devaluatie oplevert. „Het zijn opnieuw de minderbedeelden en de verzwakte overblijfselen van onze middenklasse die de rekening krijgen voorgeschoteld van het wanbestuur”, zo stelt fractievoorzitter Elisa Carrió van de kleine Partij voor Onafhankelijke Republikeinse Actie. Volgens Carrió bevat het nieuwe beleid louter compensatieregelingen voor eventueel gedupeerde banken en grotere ondernemingen.
Door middel van een nieuw te vormen fonds stelt de regering voor het bankwezen schadeloos te stellen voor de verliesposten van mogelijk 7 miljard dollar die de geldontwaarding oplevert doordat de meeste in valuta gedenomineerde leningen zijn omgezet in (ontwaarde) peso’s tegen de oude koers van één op één. Deze opgelegde valutaruil is bedoeld om particulieren met inkomens in peso’s te behoeden voor faillissement. De bekostiging van de compensatieregeling vindt plaats via een nieuwe exportbelasting op olie en brandstof. Volgens minister Lenicov zou het niet gepast zijn de devaluatie ten goede te laten komen van de oliemaatschappijen. De regering ziet evenwel af van haar eerdere voornemen om ook de uitvoer van granen en vlees te belasten.
Als zoethoudertje voor de Argentijnen wier banktegoeden gedeeltelijk geblokkeerd zijn, besloot de regering om de restricties op de opname van contanten iets te versoepelen. In het vervolg mogen rekeninghouders maandelijks de tegenwaarde van 1500 dollar opnemen in de plaats van het maximum van 1000 dollar dat eerder gold.
Begin vorige maand liet de toenmalige president Fernando de la Rúa ongeveer 64 miljard dollar aan banktegoeden bevriezen in een allerlaatste en uiteindelijk vergeefse poging om de kapitaalvlucht te stuiten. Uit cijfers van de centrale bank in Buenos Aires blijkt dat ondanks de beperkingen op het buitenlandse betalingsverkeer de deviezenvoorraad de vorige maand verder is geslonken met zo’n kleine 3 miljard dollar.
Hoewel nog niet formeel op de hoogte gebracht van de beleidswijzigingen, reageerde het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in Washington met scepsis op de berichten uit Argentinië. IMF-economen hebben vooral bezwaar tegen de introductie van een verwarrend dubbel stelsel van wisselkoersen. De regering-Duhalde wil een deel van de valutatransacties in het vervolg laten verlopen via een officiële en vaste koers en een ander deel via een ”open wisselmarkt”, waar vraag en aanbod de waarde van de peso bepalen. De officiële (en waarschijnlijk lagere) koers geldt voor de inkomsten van de meeste exporteurs en importeurs van eerste levensbehoeften, terwijl alle anderen die valuta nodig hebben, een hogere koers zullen moeten betalen op de secondaire markt. Uit ervaringen elders op de wereld blijkt dat een dergelijk systeem niet alleen leidt tot verwarring, maar ook de corruptie in de hand werkt, waarbij sommigen erin slagen zich slapend te verrijken door op de ene markt tegen een lage koers dollars in te slaan om deze terstond tegen aanzienlijke hogere prijzen weer van de hand te doen op de vrije markt.
Minister Lenicov verzekerde dat de overheid er nauwkeurig op zal toezien dat er geen misbruik wordt gemaakt van het duale koersenbestel en waarschuwde dat hij al evenmin een verhoging van de prijzen in de detailhandel zal tolereren. „Prijsaanpassingen zijn ondanks de devaluatie niet nodig, gezien de vanwege de crisis beperkte vraag naar goederen en diensten”, aldus de bewindsman. Eerder had president Duhalde gedreigd met de invoering van strikte prijscontroles en andere machtsmiddelen om een ontluikende inflatie de kop in te drukken.
Uit peilingen van verschillende kranten blijkt dat maar weinig Argentijnen vertrouwen hebben in de heterodoxe economische aanpak van de nieuwe regering. Volgens een onderzoek van het dagblad La Nación vreest een volle 75 procent van de bevolking dat de inflatie in alle hevigheid zal terugkeren. Bijna tweederde deel van de ondervraagden vermoedt dat het nieuwe beleid de crisis eerder zal verscherpen dan verminderen.
Ook economen hebben hun twijfels over de aanpak van president Duhalde. „Het is een feit dat de huidige regering politiek sterker in de schoenen staat dan de vorige regeringen en daardoor ook meer kan bewerkstelligen, maar anderzijds grijpt president Duhalde naar beleidsinstrumenten die tien, twintig en zelfs dertig jaar geleden al bij herhaling zijn uitgeprobeerd zonder positief resultaat. Het is te betwijfelen of het IMF, en bijgevolg de internationale financiële gemeenschap, heil zien in zijn beleid en bereid zijn dit met nieuwe noodleningen te steunen”, aldus directeur Artemio López van het economisch onderzoeksbureau Equis Research in Buenos Aires.
Minister Lenicov van Economische Zaken kondigde inmiddels aan later deze maand naar de Verenigde Staten te zullen reizen voor overleg met de directie van het IMF en met de Amerikaanse minister van Financiën, Paul O’Neill. De Argentijnse regering wil het IMF vragen om ongeveer 15 à 20 miljard dollar aan noodleningen.