Eind 2012 gaan de Amerikanen naar de stembus om een nieuwe president te kiezen. Een aantal kandidaten heeft zich inmiddels gemeld om aan de strijd om het Witte Huis deel te nemen. Ook Barack Obama zelf is opnieuw in de race voor het hoogste ambt van de Verenigde Staten.

Anderhalf jaar heeft hij nog de tijd om de Amerikaanse kiezer achter zich te krijgen. De homobeweging vormt daarbij een electorale factor van belang. In 2008 wist Obama circa 70 procent van de stemmen van Amerikaanse homo’s in de wacht te slepen.

Vandaar dat het staatshoofd vorige week op een fondsenwervingsbijeenkomst van de Democratische Partij in New York al driftig naar de homobeweging lonkte. „Ik geloof dat homostellen dezelfde rechten verdienen als elk ander stel in dit land”, hield de president zijn gehoor voor.

Homorechtenactivisten probeerden Obama herhaaldelijk te bewegen om publiekelijk zijn steun aan het homohuwelijk te betuigen, maar daar liet de president zich niet toe verleiden.

Wel herhaalde Obama zijn bezwaar tegen de zogenaamde Defence of Marriage Act uit 1996. In die wet is vastgelegd dat het huwelijk een relatie tussen man en vrouw dient te zijn. „Dat was fout en oneerlijk”, aldus Obama, die tevens stelde dat zijn gedachtevorming rond het homohuwelijk „in ontwikkeling” is.

Juist vrijdagavond stemde een meerderheid in de Senaat van de staat New York voor legalisatie van het homohuwelijks. New York wordt daarmee de zesde staat in de Verenigde Staten waar mensen van dezelfde sekse kunnen trouwen. Het Huis van Afgevaardigden van New York, waar de Democraten de meerderheid hebben, had vorige week woensdag al ingestemd met het wetsvoorstel dat huwelijken van homoseksuele mannen en vrouwen mogelijk maakt.