Het ICC, dat officieel op 1 juli 2002 begon, heeft in Den Haag een voorlopig kantoorgebouw maar nog geen rechtszaal.

Tijdens de ceremonie hield onder anderen de 83-jarige Amerikaan Benjamin Ferencz een toespraak. Hij was na de Tweede Wereldoorlog aanklager in Neurenberg waar de kopstukken van het Duitse nazi-bewind werden berecht. De bejaarde Ferencz is al decennia lang een onvermoeibaar lijkende strijder tegen straffeloosheid voor oorlogsmisdadigers.

Als vertegenwoordigster van de slachtoffers legde mevrouw Billon Ung Boun-Hor een verklaring af die door veel toehoorders als zeer ontroerend werd ervaren. Haar man was een vertegenwoordiger van de Cambodjaanse monarchie die door de Rode Khmer omver is geworpen. Zij kon bij de val van Phnom Penh in 1975 op het nippertje de hoofdstad ontvluchten; haar man bleef achter. Toen zij in ballingschap beelden van haar man op tv zag, kuste haar dochtertje het tv-scherm. Zelf wist zij dat haar man een lot te wachten stond „van marteling en zekere dood”.

Onder de gasten bij de ceremonie in het Vredespaleis waren prinses Màxima, hoofdaanklaagster Carla Del Ponte van de huidige VN-tribunalen en tal van rechters van het Joegoslavië-Tribunaal, onder wie president Meron, en minister Donner van Justitie.

Het ICC moet, in tegenstelling tot de huidige VN-tribunalen voor ex-Joegoslavië en Rwanda, uiteindelijk wereldwijde bevoegdheid krijgen. Het Strafhof is weliswaar uit het VN-systeem voortgekomen, maar geen VN-organisatie. De VS zijn fel gekant tegen het Strafhof omdat Washington vreest dat er ooit Amerikanen moeten terechtstaan wegens oorlogsmisdaden.

Het Franse persbureau AFP meldde maandag dat de Verenigde Staten met Egypte, Mongolië, Nicaragua, Tunesië en de Seychellen een akkoord heeft bereikt, waardoor Amerikanen in die vijf landen zijn gevrijwaard voor vervolging door het Strafhof. AFP baseert zich op een document van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken.