De predikant uit Ten Boer legde vrijdagmorgen twee verklaringen af, een in het openbaar en een achter gesloten deuren. Hij gaf onder meer aan het niet eens te zijn met het synodebesluit om de benoeming van dr. Paas aan de Theologische Universiteit Kampen (TUK) in 2009 goed te keuren. „Ik was van mening dat er strijdigheid bestond tussen dingen die dr. Paas (niet alleen in zijn dissertatie) geschreven heeft en wat wij als gereformeerde kerken belijden inzake het gezag van de Heilige Schrift. Mijn mening is sinds vrijdag op dit punt niet veranderd.”

Ds. Gunnink is nu weer terug op de synode omdat hij „niet kon vertrekken zonder daarvoor duidelijk rekenschap af te leggen.” Hij wil bovendien „de volle ruimte houden om na de synode publiekelijk kritisch te spreken over besluiten die door deze vergadering genomen zijn. Door weg te blijven zou ik na deze synode in mijn vrijheid belemmerd kunnen worden met de tegenwerping: hij is toen weggelopen, hij heeft nu geen recht van spreken meer.”

De generale synode oordeelde vorige week dat de benoeming van dr. Paas aan de TUK terecht was. In een verklaring liet ze weten dat dr. Paas in zijn proefschrift aanhangers van Schriftkritische theorieën met hun eigen wapens heeft bestreden en daarmee in feite de Bijbelgetrouwe wetenschap heeft gediend.

Zeven vrijgemaakte predikanten, onder wie ds. Gunnink, verweten dr. Paas in 2009 dat hij in zijn dissertatie “Schepping en oordeel” (1998) het Schriftgezag onvoldoende had gehonoreerd. Zij vroegen de TUK om de benoeming ongedaan te maken. Daarop noemde rector prof. dr. C. J. de Ruijter de kritiek van de predikanten „indianenverhalen”, die de Theologische Universiteit Kampen schade toebrachten.

Prof. dr. J. Douma nam het vrijdag op de website www.gereformeerdekerkblijven.nl op voor de zeven predikanten. Hij schrijft dat ds. Gunnink vorige week heeft geprobeerd deze predikanten „van de blaam te zuiveren” door de synode te verzoeken de uitdrukking „indianenverhalen” met betuiging van spijt terug te nemen. Dit voorstel werd echter met ruime meerderheid verworpen. „Ik heb mijn informatie van ds. Gunnink zelf”, aldus prof. Douma. „Het indienen van zijn voorstel en het verwerpen ervan vonden achter gesloten deuren plaats.”

Het verwerpen van de motie-Gunnink komt op de emeritus hoogleraar van de TUK „beschamend” over. „De zeven predikanten van destijds, inclusief dus de afgevaardigde ds. Gunnink op de huidige synode, hebben destijds vanuit hun hart gesproken in de zaak-Paas en niet uit hun nek gekletst. Zij niet, ik ook niet. Daarmee zeg ik absoluut niet dat de zeven predikant en ik het gelijk aan hun kant hadden. Maar wie ervan beschuldigd wordt indianenverhalen te vertellen, mag het zich aantrekken hoe anderen aan hun integriteit twijfelen.”

Prof. Douma schrijft op te willen komen voor „hun gereformeerde integriteit en voor die van mijzelf. Wat wij deden, deden we uit oprechte verontrusting. Wie die in twijfel trekt, mag blijven praten over indianenverhalen. Maar wie onze integriteit aanvaardt, verzoek ik eraan mee te werken dat de huidige synode dominees van de blaam gezuiverd worden die hen getroffen heeft. Opdat de liefde voor de kerken en hun theologische opleiding niet nog verder taant dan nu al het geval is.”