„Grens verkoop drank moet naar 18 jaar”
DEN HAAG – Een burgemeester, verslavingsexperts, ambtenaren, projectleiders; tijdens een door de CU georganiseerd rondetafelgesprek spraken ze gisteren met één mond. „Geef gemeenten de mogelijkheid om de leeftijdsgrens voor het mogen kopen van zwakalcoholhoudende drank te verhogen van 16 naar 18 jaar.”
De Katwijkse burgemeester Wienen (CDA) had het bijna voor elkaar. Moe van het zoveelste politierapport, waaruit bleek dat agenten in zijn gemeente weer eens een 12-jarig meisje stomdronken op straat hadden aangetroffen, en moe van het zoveelste handgemeen waarbij drank een rol speelde, stapte hij af op alle lokale verkopers van sterke drank.
Alle twintig, de supermarkten incluis, zegden toe de verkoop van alcoholhoudende drank voortaan te beperken tot jongeren van 18 jaar en ouder. Maar praktijk werd het nooit. Het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL), de brancheorganisatie van supermarkten, sputterde tegen. Ahold en Dirk van den Broek blokkeerden het plan.
De leeftijdsverhoging blijft voor mij een veelbelovend experiment dat ik dolgraag wil uitproberen, aldus Wienen. Om daar, met verwijzing naar het Kamerdebat over de Drank- en horecawet dat voor volgende week op de agenda staat, aan toe te voegen: „Maar ik betwijfel of de politiek het steunt.”
Dat alleen gemeenten met een christelijk profiel de leeftijdsverhoging zouden bepleiten, is een misverstand, benadrukt Wienen. En alsof het zo is afgesproken, gaan in de Hans van Mierlozaal, waar de CU de discussie belegt, allemaal vingers omhoog. „De G4, de vier grootste gemeenten, zijn ook voorstander”, aldus projectleider Huberts van de gemeente Den Haag. „Gemeenten uit de kop van Noord-Holland ook”, vult projectleider Dijkstra van diverse samenwerkende Noord-Hollandse gemeenten aan.
De huidige Drank- en horecawet trad op 1 november 2001 in werking. Doelstelling is het voorkomen van gezondheidsrisico’s en maatschappelijke problemen als gevolg van alcoholmisbruik. Een nieuw wetsvoorstel van het vorige kabinet bevatte de mogelijkheid om gemeenten te laten experimenteren met het verhogen van de leeftijdsgrens voor het kopen van zwakalcoholhoudende drank van 16 naar 18 jaar. Maar al bij de eerste behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer, april vorig jaar, bleek daarvoor geen meerderheid. SGP en CU waren voor, VVD, PvdA en SP tegen.
Het huidige kabinet haalde, tot verdriet van de CU, de mogelijkheid voor het experiment uit de wet. Voor CU-Kamerlid Voordewind aanleiding te proberen zo veel mogelijk fracties op andere gedachten te brengen. Of dat gaat lukken, is de vraag. Van de vier aanwezige fractiewoordvoerders tonen alleen die van SGP en SP zich zonder voorbehoud voor. De PvdA is voor, „onder voorbehoud dat blijkt dat alle gemeenten hun preventie- en handhavingsbeleid op orde hebben”, zegt Kamerlid Bouwmeester. De VVD is „niet principieel” tegen leeftijdsverhoging, maar wil deze nu nog niet invoeren. Onderdeel van het huidige wetsvoorstel is namelijk ook het overhevelen van het toezicht op de naleving van de Voedsel en Waren Autoriteit naar gemeenten zelf. „Met de huidige regels is dat al lastig genoeg”, stelt Kamerlid Straus. „Pas als blijkt dat alle gemeenten in staat zijn tot toezicht op maat komt de leeftijdsverhoging misschien in beeld.”
Wie helemaal niets moet hebben van de leeftijdsverhoging is directeur De Wolf van de Stichting Verantwoord Alcoholgebruik (Stiva); een initiatief van de Nederlandse producenten en importeurs van bier, wijn en gedistilleerde dranken. Zijn boodschap: eerst zorgen dat iedereen, ook ouders, zich houdt aan de leeftijdsgrens van 16 jaar.
Wienen kan er met zijn pet niet bij. „Wat heeft er nu meer effect op al die ouders die hun kind van 13 sterke drank voorzetten”, verzucht hij. „Het zoveelste voorlichtingsfilmpje of het verhogen van de leeftijdsgrens?”