Onder de 121 gewonden zijn 37 agenten, aldus de krant El Periódico. Twee actievoerders zijn aangehouden.

De politie gebruikte de wapenstok en schoot met rubberen kogels om het Plaza de Cataluña in de Catalaanse hoofdstad vrij te maken van betogers. Tientallen actievoerders blokkeerden zittend op straat de vuilniswagens, die het plein hadden schoongeveegd. Op de Spaanse televisie was te zien hoe agenten betogers over de grond sleurden en geweld gebruikten om de groep van de straat te halen. Felipe Puig, de minister van Binnenlandse Zaken van de regio Catalonië, zei dat uit het oogpunt van hygiëne en veiligheid is opgetreden.

Nadat de betogers van het plein in Barcelona waren verdreven, keerden later vrijdag duizenden mensen terug naar het Plaza de Cataluña. De actievoerders verweten de politie het gebruik van buitensporig geweld.

In Madrid waren vrijdagavond circa 24.000 actievoerders bijeen. Ze verklaarden zich solidair met de betogers in Barcelona. „Catalonië staat niet alleen”, riepen de demonstranten.

Ook in andere Spaanse steden als Valencia, Zaragoza, Santander, Murcia en verscheidene andere steden in Spanje waren betogingen en werd geprotesteerd tegen het optreden van de politie in Barcelona.

De betogers maken deel uit van de landelijke beweging die sinds 15 mei op verscheidene plaatsen in het land betoogt tegen de hoge werkloosheid en tegen de bezuinigingen die de regering van de sociaaldemocratische premier José Luis Rodr¡guez Zapatero doorvoert.