Binnenland

Medeaanklager Goedel hoopt op veroordeling Demjanjuk

JUTRIJP – Als John Demjanjuk maar schuldig wordt bevonden. Dan vindt Jan Goedel rust. Donderdag of vrijdag hoort de vermeende ex-kampwachter van Sobibor zijn vonnis.

Majelle Hoek
12 May 2011 10:35Gewijzigd op 14 November 2020 14:56
MÜNCHEN – Demjanjuk werd tijdens zijn proces de rechtszaal in München binnengereden en bracht de zitting in bed door. Foto ANP
MÜNCHEN – Demjanjuk werd tijdens zijn proces de rechtszaal in München binnengereden en bracht de zitting in bed door. Foto ANP

Goedel is een van de 23 Nederlandse medeaanklagers in het proces tegen Demjanjuk, de vermeende ex-kampbewaarder van nazivernietingskamp Sobibor in Polen. Goedel zat tijdens de oorlog drieënhalf jaar ondergedoken in Jutrijp bij de familie Osinga. Tijdens zijn verblijf in Friesland werd hij wees. Pas op middelbare leeftijd kwam hij erachter wat er met zijn ouders, grootouders en nog dertig andere familieleden is gebeurd: ze zijn vergast in Sobibor.

De 91-jarige Oekraïener Demjanjuk wordt ervan beschuldigd dat hij in de Tweede Wereldoorlog als bewaker van Sobibor –waar hij van maart tot oktober 1943 zou hebben gezeten– medeplichtig is geweest aan de moord op bijna 28.000 Joden. In Sobibor werden in anderhalf jaar tijd ten minste 170.000 Joden omgebracht, onder wie ruim 34.000 uit Nederland. Volgens de aanklager moest Demjanjuk erop toezien dat Joden van de treinen werden gehaald, zich uitkleedden en naar de gaskamers gingen. Demjanjuk ontkent de beschuldigingen.

In 2009 zag Goedel in een krant een oproep staan: er werden medeaanklagers gezocht in het proces tegen Demjanjuk. Hij voelde zich verplicht te reageren, voor zijn ouders en de rest van de familie. In zijn aanklacht, die hij tijdens het proces zelf tegen Demjanjuk heeft gericht, vertelt Goedel dat hij voor het leven is beschadigd. Hij werd op 4-jarige leeftijd wees. Maar hoe noem je een kind wiens hele familie is uitgemoord, vraagt Goedel zich af? De verschillende namen die hij heeft gekregen na de oorlog, bezorgden hem een identiteitscrisis, vertelt hij. Bij de familie in Jutrijp was Jan Goedel –eigenlijk Sally Israel Goedel– Jan Visser. Na de oorlog werd hij door zijn pleegouders omgedoopt tot Jan Baljet. Pas op zijn zestiende hoorde Jan dat hij een „Jodenjong” was en Goedel heette. Zijn verleden blijft hem achtervolgen. „Waarom heeft het zo moeten zijn? Ik heb er toch niet om gevraagd?” reageert hij emotioneel.

Transportlijst

Goedel weet zeker dat zijn ouders in Sobibor hebben gezeten toen Demjanjuk er kampbewaarder was. Dit blijkt uit transportlijsten van Kamp Westerbork en het Nederlandse Rode Kruis. Hieruit blijkt dat Salomon en Eva Goedel na drie dagen reizen vanuit Westerbork, op 28 mei 1943, in Sobibor zijn vergast. Hetzelfde geldt voor zijn grootouders, ooms en tantes en nog dertig andere familieleden.

In maart eiste de rechtbank in het Duitse München tegen Demjanjuk zes jaar voor medeplichtigheid aan moord. Als aan de eis van zes jaar wordt voldaan, zal de vermeende ex-kampwachter waarschijnlijk weinig tijd doorbrengen achter de tralies. Vanwege goed gedrag kan de helft van de straf worden kwijtgescholden. En met het voorarrest van ruim twee jaar dat er dan nog afgaat, blijft er niet veel celstraf over. Goedel vindt dat er geen eis is die gelijk staat aan wat Demjanjuk zijn familie heeft aangedaan. ,Daar kan hij nooit meer voor boeten. Sommige aanklagers eisen levenslang, maar als Demjanjuk vrij is, krijgt hij dat eigenlijk ook. Niemand zorgt voor hem, hij is een stateloos burger. Het enige wat ik hoop is dat hij schuldig wordt bevonden. Dit is alles wat ik voor mijn ouders kan doen. Die vreselijke oorlog heeft veel kapotgemaakt.”

Zwijgend op een bed, met een pet en een bril op en een deken over zich heen, zo ligt Demjanjuk steeds in de rechtzaal. Bij een aantal belangrijke procesdagen is Goedel geweest. De laatste keer, in april, zat hij op 4 meter afstand van de verdachte. Als medeaanklager heeft Goedel Demjanjuk in zijn ogen gekeken toen hij zijn verhaal deed. ,Ik heb neutraal verteld dat ik hem schuldig acht voor de moord op mijn ouders. Andere aanklagers zeggen tegen hem: „Zeg wat! Dat het je spijt, dat je niet anders kon”, maar hij blijft net zo stoïcijns liggen. Terwijl je hem in de rechtzaal wel hoort praten met zijn advocaten. Tot op de dag van vandaag is hij een Jodenhater, met heel z’n hart. Wat gaat erin zo’n vent om, hè? Mijn vrouw zei laatst dat Demjanjuk na al die pleidooien van de medeaanklagers eigenlijk al veroordeeld is. Zo is het ook.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer