Verkiezingen Nigeria gaan door ondanks geweld
ABUJA (ANP/AFP/RTR) – De Nigeriaanse president Goodluck Jonathan heeft donderdag in een toespraak bezworen dat de gouverneursverkiezingen van komende dinsdag doorgaan, ondanks de golf van geweld die uitbrak na de presidentsverkiezingen van afgelopen weekeinde.
Volgens de mensenrechtenorganisatie CRC werden meer dan tweehonderd mensen om het leven gebracht.
De geweldsincidenten hadden plaats in steden in het noorden van het land. Jongeren reageerden daarmee op de verkiezingsoverwinning van de zuidelijke christen Jonathan, die veel meer stemmen kreeg dan zijn noordelijke en islamitische rivaal Muhammadu Buhari. De aanhangers van Buhari stellen dat het kamp van Jonathan de verkiezingsuitslag heeft gemanipuleerd.
Dinsdag kiezen de Nigerianen nieuwe gouverneurs voor de 36 deelstaten die het West-Afrikaanse land telt. Waarnemers vreesden voor de verkiezingenreeks (eerder hadden ook al parlementsverkiezingen plaats) al dat de laatste stembusgang gepaard zou gaan met het meeste geweld. De gouverneurs van de deelstaten zijn machtige figuren in Nigeria, dat met bijna 160 miljoen inwoners het volkrijkste land van Afrika is. Veel deelstaten beschikken dankzij olierijkdom over budgetten die hoger liggen dan veel Afrikaanse landen.
Na de presidentsverkiezingen werden met name in het noorden van het land kerken, moskeeën en woningen van bestuurders in brand gestoken. Tienduizenden mensen sloegen op de vlucht.
„Deze ongeregeldheden zijn meer dan alleen politieke protesten”, zo stelde president Jonathan donderdag. „Hun doel is duidelijk het frustreren van de resterende verkiezingen. Dit is onacceptabel. Genoeg is genoeg.”
Het staatshoofd heeft het veiligheidsapparaat opdracht gegeven om er alles aan te doen om de stembusgang van dinsdag ordelijk te laten verlopen. De verantwoordelijken voor het geweld zullen volgens Jonathan worden berecht.
„Deze wandaden vormen pijnlijke geheugenopfrissers van de gebeurtenissen die ons land dertig maanden onderdompelden in een betreurenswaardige burgeroorlog”, zei de president ook nog, met een verwijzing naar de Biafra-oorlog (1967-1970). Destijds stierven naar schatting een miljoen burgers. Reden voor het conflict was het streven naar onafhankelijkheid van de zuidoostelijke regio Biafra. Uiteindelijk won de federale regering de oorlog en bleef Biafra deel uitmaken van Nigeria.