Buitenland

VN-tribunaal in de clinch met Servië

De beschuldigingen van de aanklagers van het Joegoslavië-tribunaal zijn volstrekt onaanvaardbaar voor Servië en Montenegro en schaden dat land in de internationale gemeenschap.

ANP
4 June 2003 09:03Gewijzigd op 14 November 2020 00:21

De advocaat van deze staat, Vladimir Djeric, heeft dit dinsdag voor het tribunaal gezegd nadat aanklager Geoffrey Nice uiteen had gezet dat het land een patroon van „niet samenwerken en obstructie” aan de dag legt.

De felle onenigheid tussen beide partijen gaat over de overdracht van documenten door het huidige Servië en Montenegro aan de aanklagers van de voormalige Joegoslavische leider Slobodan Milosevic. In maart werd nog op vriendelijke toon afgesproken dat de regering in Belgrado zo goed en zo snel mogelijk aan de vele verzoeken van de aanklagers zou voldoen. Volgens Nice is er weer helemaal niets gebeurd en dient het tribunaal de regering te bevelen stukken over te dragen of onderzoek naar documenten ongehinderd toe te laten.

Djeric ontkende dinsdag dat zijn regering niet meewerkt en stelde dat het proces van samenwerking goed verloopt zolang Nice geen onmogelijke of niet te rechtvaardigen verzoeken indient. Djeric zette daarbij uiteen dat de aanklagers niet het recht hebben om in het wilde weg in staatsarchieven te neuzen net zo lang tot ze iets gevonden hebben. Ze moeten verzoeken om assistentie of om de documentatie gericht doen.

Het geduld met Belgrado was kennelijk op bij Nice. Hij stelde dat hij praktisch niets van zijn in maart opgestelde prioriteitenlijst van honderd stukken heeft ontvangen. De discussie over toegang tot staatsarchieven is volgens Nice een afleidingsmanoeuvre om niets te hoeven overdragen. Maar nu Servië en Montenegro erover is begonnen, is het volgens hem een goed idee dat de rechters bepalen dat onderzoek in staatsarchieven gerechtvaardigd is voor een tribunaal als dit.

Nice wil bijvoorbeeld de transcripties hebben van bijeenkomsten van de Hoge Defensieraad, een machtig lichaam in het toenmalige Joegoslavië. Die zouden moeten kunnen aangeven in hoeverre de beklaagde Milosevic persoonlijk leiding gaf aan de gebeurtenissen en in hoeverre hij door anderen werd aangestuurd.

Nice erkende dat er afgelopen maand wat het overleg over de kwestie betreft een beetje schot in de zaak lijkt te komen, maar stukken van zijn prioriteitenlijst heeft hij nog niet gezien. Djeric stelde dat de aanklagers hun bevoegdheden te buiten gaan en ten onrechte Servië-Montenegro ervan beschuldigen niet mee te werken. Djeric noemde de aantijgingen van Nice „cynisch” omdat de inmiddels vermoorde Servische premier Djindjic zelf Milosevic aan het tribunaal heeft uitgeleverd. Hij vroeg de magistraten de eis van de aanklagers af te wijzen. De rechters van het tribunaal buigen zich over deze vraag.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer