Buitenland

Strijd Ivoorkust voor Ouattara niet voorbij

APELDOORN – De Ivoriaanse president Laurent Gbagbo heeft zijn biezen moeten pakken, maar zijn rivaal Alassane Ouattara kan allerminst tevreden achterover leunen. Hij erft een tot op het bot verdeeld land, dat hij ervan moet overtuigen dat hij geen buitenlander is.

Mark Wallet
12 April 2011 11:03Gewijzigd op 14 November 2020 14:29
Foto EPA
Foto EPA

„Dood me niet”, moet de gewezen Ivoriaanse president Laurent Gbagbo als eerste bij zijn arrestatie hebben gezegd. Van alle bravoure die hij eerder nog aan de dag legde („Ik ben door God aangesteld en treed pas af als Hij dat te kennen geeft”), was weinig meer over. Voor de televisiezender van Ouattara verscheen hij even later letterlijk in zijn hemd, waarna hij de bevolking opriep de strijd te staken.

Zijn aanhangers zullen Ouattara echter niet zomaar erkennen als hun nieuwe leider. In hun ogen is hij een handlanger van „het buitenland” en een speelpop van de oude kolonisator Frankrijk. De vraag naar de leidende macht achter de arrestatie van Gbagbo is voor Ouattara dan ook van groot belang. Daarbij geldt: hoe minder Frankrijk, hoe beter.

Het lijkt erop dat Frankrijk daarom zijn eigen rol zo veel mogelijk probeert te minimaliseren. Terwijl de eerste berichten maandagmiddag spraken van een arrestatie door Franse eenheden, werd dat later stellig ontkend. Een „hoge Franse diplomatieke bron” liet tegenover de krant Le Monde weten dat de Franse troepen „op geen enkel moment op het grondgebied van de residentie (van Gbagbo, MW) zijn geweest.” Een andere lezing sprak weer van een gezamenlijke operatie van de troepen van Ouattara en Franse eenheden.

Het feit dat de Verenigde Naties en de Fransen in ieder geval een rol hebben gespeeld in het terugdringen van Gbagbo’s troepen, maakt het voor Ouattara al ingewikkeld genoeg. Opposanten van de in november gekozen president zullen zijn legitimiteit betwisten omdat hij door buitenlandse militaire troepen aan de macht zou zijn geholpen. Volgens sommige analisten zou de argwaan tegenover die „buitenlandse inmenging” ook wel eens het kamp van Ouattara in kunnen sluipen.

Het is daarom voor Ouattara niet alleen maar voordelig dat hij op de steun van de internationale gemeenschap kan rekenen. Het versterkt zijn opposanten alleen maar in hun overtuiging dat Ouattara geen echte Ivoriaan is, zoals Gbagbo en diens voorganger Henri Konan Bedie hem al jaren naar het hoofd slingeren. Bedie introduceerde in de jaren negentig te term ”Ivoirite” (Ivoriaansheid), om Ouattara buiten de verkiezingsstrijd te houden. De familie van de noorderling Ouattara zou deels afkomstig zijn uit buurland Burkina Faso.

Gbagbo, die ooit marxistisch getoonzette redevoeringen hield en actief was in de vakbeweging, heeft deze nationalistische retoriek overgenomen. Gbagbo presenteerde de strijd voor het presidentschap als een strijd voor Ivoriaanse soevereiniteit. In het christelijke zuiden sloeg deze retoriek behoorlijk aan, waardoor Gbagbo meer dan 1 miljoen stemmen méér haalde dan bij de verkiezingen in 2000. Ouattara kon echter rekenen op massale steun in het islamitische noorden en in de grote steden. Hij erft een diep verdeeld land, dat sinds de burgeroorlog in 2002 feitelijk niets dichter bij elkaar is gekomen.

De belangrijkste andere uitdaging voor Ouattara is de economie van het land weer op te bouwen, die door sancties een nulpunt heeft bereikt. Ouattara zal het vertrouwen van de investeerders moeten zien terug te winnen om de werkloosheid in het land structureel aan te pakken. Dat is lastig in een land dat instabiliteit ademt.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer