Ds. W. Chr. Hovius uit Apeldoorn vijftig jaar in het ambt
APELDOORN – „Een beetje ouderwets”, noemt ds. W. Chr. Hovius uit Apeldoorn zichzelf tijdens het interview. Als het over zijn driepuntenpreek gaat, bijvoorbeeld. Maar, niet alles bleef bij het oude. Zaterdag staat hij stil bij zijn vijftigjarig ambtsjubileum.
Vriendelijk voert hij het woord. Bedaard. Gebruikmakend van een vocabulaire dat de hervormde emeritus predikant kenmerkt. „Dat ik nog elke zondag twee keer voorga, heb ik aan de Heere te danken”, zegt hij. „En middelijkerwijs ook aan de kerkenraden die me uitnodigen.”
De 77-jarige predikant preekt bij voorkeur alleen nog op de Veluwe, zodat hij op zondag niet meer ver hoeft te reizen.
Samen met zijn vrouw, met wie hij onlangs vijftig jaar getrouwd was, woont ds. Hovius nu vijftien jaar in Apeldoorn. In 1996 ging hij met vervroegd emeritaat en nam hij afscheid van de hervormde gemeente Katwijk aan Zee. Gedurende zijn ambtstermijn stond hij drie keer in deze badplaats. Daarnaast was hij verbonden aan de hervormde gemeenten Nieuw-Lekkerland (1961), Ede (1970) en Apeldoorn (1979).
Klein peertje
De predikant werd tot zijn emeritaat gedwongen door een afnemend gezichtsvermogen. „Dat is een hele beproeving geweest”, zegt hij ruim vijftien jaar later.
„Ik herinner me een dienst in de Amsterdamse Noorderkerk waarin ik slechts werd bijgelicht door een klein peertje. Het was tobben om de Schriftlezing te kunnen doen. Een arts zei: „Ik gun u nog een paar goede jaren met uw vrouw. Bestaat er in uw kerk een mogelijkheid voor predikanten om vervroegd te stoppen? Ik wil graag dat u daarover nadenkt.”
Ja, dat was erg moeilijk. Ik had gehoopt om op mijn 65e met emeritaat te gaan. Het predikantschap had altijd de liefde van mijn hart. Dan is het een hele gebeurtenis als je dat moet neerleggen. Ik had ook nooit kunnen denken dat er nog eens een omslag zou komen. Door een staaroperatie en een laserbehandeling zie ik nu beter dan ooit tevoren. Het is allemaal een wonder geweest.”
In een telefoongesprek met ds. G. D. Kamphuis, die in 1996 aan Apeldoorn verbonden was, vertelde ds. Hovius dat deze stad zijn nieuwe woonplaats werd. „„We komen als gewone gemeenteleden”, zei ik. „Ik ga je niet voor de voeten lopen.” Maar ik was nauwelijks uitgesproken of Kamphuis zei: „Ik heb nog iets voor je.”” Ds. Hovius is tot op de dag van vandaag voorzitter van de mannenvereniging.
Orde
Door de jaren heen bekleedde de predikant talloze (bestuurs)functies in de kerk, het onderwijs en de politiek. Hij was voorzitter van de SGP en bestuurslid van de Gereformeerde Zendingsbond, de Spaanse Evangelische Zending en De Driestar. Op dit moment is hij onder meer tweede voorzitter van de Stichting Reformatorische Publicatie, de uitgever van het Reformatorisch Dagblad, en bestuurslid van de Theologische School van de Gereformeerde Bond.
„Bezig zijn met de Schrift en pastoraat bedrijven” deed ds. Hovius naar eigen zeggen het liefst. Hij wijst op de drie punten in zijn preken. „Wat dat betreft ben ik een ouderwetse dominee. Ik houd van orde. Wat mij betreft mogen het dus ook twee of vier punten zijn. Voorop staat wat prof. A. H. Edelkoort eens zei: „Als je slechte punten hebt, kun je beter zonder preken.””
Eigen veste
De predikant noemt zichzelf een bruggenbouwer. Hij zoekt naar harmonie in interkerkelijke contacten. Niet meer via het plaatselijke Contactorgaan Gereformeerde Gezindte (COGG), want dat is „helaas ter ziele.”
De scheuring van de Nederlands Hervormde Kerk in 2004 kwam hard aan. „We zijn toen een heel trouw deel kwijtgeraakt dat nog wel eens de rem kon zetten op bepaalde ontwikkelingen. We hebben elkaar zo hard nodig. In geen enkel land zijn er zo veel kerkscheuringen geweest als in Nederland. Dat verdriet je en houdt je bezig. Het lijkt wel of mensen steeds meer op de eigen veste betrokken zijn zonder oog te hebben voor de ander.”
Waarin is hij in die vijftig jaar veranderd, als predikant, als mens?
„Je maakt een zekere ontwikkeling en gang door. De prediking laat ik wat korter duren dan voorheen. Vroeger preekte je drie kwartier en dan heette dat een goede dienst. Maar ik denk dat het vermogen om goed te luisteren minder geworden is.
Verder ben ik wat meer op de tekst gericht. In de uitleg en de toepassing probeer ik lijnen te trekken naar het persoonlijke geloofsleven en de levenspraktijk.
Ten opzichte van vroeger zijn mijn ogen meer opengegaan voor de heerlijkheid van Christus. Het gaat erom dat de dominee wegvalt en dat Hij ervoor in de plaats komt. Ik liep wel eens het gevaar met allerlei kenmerken aan te komen. Je moet dit doen of dat merken. De Heere heeft me geleerd meer oog te hebben voor Christus en Zijn volbrachte Middelaarswerk. Dat is een les geweest. Wie leeft uit zijn ervaringen wordt hoogmoedig. Dus je bent nooit nederiger dan wanneer je leeft uit het werk van de Ander Die het gedaan heeft.”
Wederkomst
Onder de vele boeken en publicaties die ds. Hovius op zijn naam heeft staan, is het boek ”De hand van God in het Oude Testament”. Ziet de predikant in de wereldwijde gebeurtenissen van dit moment de hand van God, of zelfs Zijn naderende voetstap?
„Ik denk allebei. Het wordt steeds groter, meer, gewelddadiger. Het Woord van God is bijna de hele wereld overgegaan. Er zijn nog nooit zoveel Messiasbelijdende Joden geweest als nu. Ja, aan de ene kant verlang ik naar de wederkomst. Anderzijds: we komen wel voor de Rechter van hemel en aarde te staan.
Er is haat tegen Israël en tegen christenen. Soms denk ik: zou de islam de antichrist zijn? Wat zullen onze kinderen en kleinkinderen nog meemaken? Zul je het zelf volhouden? Ik bedoel dit niet uit zucht naar het martelaarschap, maar de vraag is: Heb je je leven voor Hem over?”