Geschiedenis

Hitler was bepaald geen oorlogsheld

Terwijl zijn medesoldaten in de loopgraven in Frankrijk en België de dood in de ogen keken, sleet Adolf Hitler tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn dagen achter de frontlinie als loopjongen van de officieren. „Adolf Hitler was geen held aan het IJzerfront.”

31 March 2011 23:32Gewijzigd op 14 November 2020 14:20
September 1915. Adolf Hitler (eerste rij links) en zijn collega-ordonnansen in Fournès, Noord-Frankrijk. Foto Johann Benkner
September 1915. Adolf Hitler (eerste rij links) en zijn collega-ordonnansen in Fournès, Noord-Frankrijk. Foto Johann Benkner

In ”Adolf Hitler en de Eerste Wereldoorlog. Het ware verhaal” ontkracht Thomas Weber de mythe dat Hitler zich in de Eerste Wereldoorlog heldhaftig zou hebben gedragen.

Weber, een Duits historicus verbonden aan de universiteit van Aberdeen, dacht dat zo ongeveer alles over Hitler was geschreven maar ontdekte dat er nog nooit studie was verricht naar Hitler en het regiment waarbij hij was aangesloten: het Beierse Reserve Infanterie Regiment 16, ook wel het List Regiment genoemd. Het was Weber er niet om te doen „het zoveelste boek over Hitler te schrijven. Mijn idee was dat als ik de mensen om Hitler heen zou bestuderen er een scherper beeld van Hitler zou ontstaan.”

Voor zijn boek deed Weber archiefonderzoek in München. Daar ontdekte hij tot zijn verbazing dat Hitler tijdens de Eerste Wereldoorlog niet vier jaar lang aan het front had gevochten. „Dat beeld is voor een deel door Hitler zelf gecreëerd. In zijn in 1925 gepubliceerde boek ”Mein Kampf” schrijft Hitler dat zijn tijd aan het front in Frankrijk en België bepalend voor zijn politieke ontwikkeling is geweest. Daarnaast zette het propaganda-apparaat van de nazi’s in de daaropvolgende jaren Hitler neer als een heldhaftige soldaat die met gevaar voor eigen leven vier jaar lang in de voorste linies had gediend”, vertelt Weber.

Historici die zich op Hitler hebben gestort hebben het beeld van de naziheld altijd intact gelaten. Weber stoot Hitler echter van zijn voetstuk en zet hem neer als een eenling, die door zijn medesoldaten werd geaccepteerd, maar met wie ze niet veel ophadden. Hij was achter de frontlinie een ordonnans, een loopjongen van de officieren, wat hem de bijnaam ”Etappenschwein” of achterhoedevarken opleverde. Een ordonnans had een dak boven zijn hoofd en lag ’s nachts in een warm bed. Ze werden met de nek aangekeken en voor lafaards uitgemaakt.

Weber: „Ik zeg niet dat Hitler zich als een lafaard gedroeg, maar de aard van zijn werk als ordonnans bracht nu eenmaal veel minder risico’s met zich mee. In mijn boek is een foto opgenomen waarop Hitler met zeven andere ordonnansen staat. Een van hen heeft de Eerste Wereldoorlog niet overleefd, maar dat was omdat hij aan het oostfront sneuvelde. Daaruit kun je concluderen dat het werk toch betrekkelijk ongevaarlijk was. Hitler wist niet eens wat zich in de loopgraven afspeelde.”

Weber plaatst hierbij de kanttekening dat Hitler zijn werk als ordonnans nauwgezet deed. „Wat hij deed, deed hij goed. Niet voor niets heeft hij twee keer het IJzeren Kruis eerste klas ontvangen. Maar ook daarvan moet je zeggen dat hij ze niet kreeg vanwege zijn moed. Door zijn werk als ordonnans kwam Hitler regelmatig in contact met de officieren en zij waren het die ondergeschikten als kandidaat voor het IJzeren Kruis voordroegen. Soldaten die in de loopgraven vochten ontvingen zelden het IJzeren Kruis, omdat de officieren hen niet zagen.”

Hitler is een keer voorgedragen door een Joodse officier. Dat is toch opvallend?

„Ja, dat is zeer verrassend. Waarom Hitler de onderscheiding heeft gekregen is niet helemaal duidelijk, maar blijkbaar was Gutmann, zo heette de Joodse officier, tevreden over Hitler. Hitler zelf gaf later aan dat hij deze Joodse officier altijd heeft gehaat en dat hij daarin niet alleen stond. De man zou binnen zijn regiment niet erg geliefd zijn geweest. Door Hitlerbiografen is dat als bewijs aangevoerd dat Hitler rond deze tijd al antisemitisch was. Zijn houding zou met die van de medesoldaten binnen zijn regiment zijn overeengekomen. Hitler zou een typisch product van het regiment zijn geweest. De stemming binnen het regiment zou Hitlers antisemitische houding hebben versterkt of zou juist de oorzaak voor zijn antisemitische opvattingen zijn geweest. Maar als dat klopt, vraag ik mij af waarom deze Joodse officier dan Hitler voorgedragen heeft voor een vrij zeldzame onderscheiding?”

Weber heeft de kleinkinderen van de Joodse officier in de Verenigde Staten bezocht. Daar had men zelfs nog een foto van Hitler die was meegenomen door hun grootvader. Weber: „Als de relatie tussen die twee slecht was geweest, had die man nooit een foto van Hitler meegenomen. Ergens klopt het gewoon niet wat Hitler later zei of wat de nazipropaganda de mensen wilde doen geloven.”

Uit archiefstukken die Weber onderzocht bleek dat de Joodse officier niet alleen door zijn medeofficieren zeer werd gewaardeerd, maar dat hij ook door het voetvolk op handen werd gedragen. „In 1937 werd hij door de Gestapo opgepakt. Onder de gevangenbewaarders waren leden van zijn vroegere regiment. Zij hebben al het mogelijke gedaan om zijn verblijf te veraangenamen of hem zelfs vrij te krijgen. Dat doe je niet als je een afkeer van iemand hebt.”

U zegt dat Hitler geen held was, maar volgens de literatuur verloor hij tijdens de Eerste Wereldoorlog het zicht uit zijn ogen omdat hij aan mosterdgas was blootgesteld. Dan moet hij toch aan de strijd hebben deelgenomen?

Weber: „De nazi’s deden het voorkomen dat Hitler tijdelijk blind was geworden door mosterdgas. Dat was dan om te laten zien hoe gevaarlijk het werk was dat hij deed en hoe moedig hij was. De laatste jaren zijn er publicaties waarin wordt aangetoond dat Hitlers blindheid niet was veroorzaakt door mosterdgas, maar dat de aandoening eerder psychosomatisch was.”

Een belangrijke plaats ruimt u in uw boek in voor Hitlers radicalisering. Tot dusver is altijd aangenomen dat Hitler tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn extreem nationalistische ideeën ontwikkelde, maar u gelooft daar niet in.

„Het lijkt mij dat de radicalisering van Hitler niet tijdens de Eerste Wereldoorlog plaatshad. Dat wil niet zeggen dat hij als een onbeschreven blad uit de oorlog kwam. Hij had bepaalde nationalistische ideeën, maar zijn politieke overtuiging had na de oorlog ook de andere kant kunnen opgaan. Hij hoefde niet per se een fascist te worden. Dat valt te concluderen uit het feit dat Hitler in 1919 tijdens de Beierse Radenrepubliek, een op Sovjetleest geschoeide revolutionaire staat, gekozen werd als afgevaardigde. Er zijn filmbeelden waarop Hitler te zien is op de begrafenis van een socialistische leider. Hitler draagt daar een rode band om zijn arm.”

Weber haast zich eraan toe te voegen dat Hitler „voor zover bekend formeel geen lid van een communistische groep is geweest. Wat er precies na de oorlog is gebeurd is nog altijd niet duidelijk. Misschien moet je wel zeggen dat het door mijn boek nog minder helder is geworden. Zo veel is duidelijk dat het aankomt op het jaar 1919 om de radicalisering van Hitler en ook zijn radicale persoonlijkheidsverandering te begrijpen. En dan moet je zeggen: „Daar weten we helemaal niet zo veel van.” Historici hebben over dit jaar geschreven, maar veel verder zijn we niet gekomen.”

Misschien een onderwerp voor uw volgende boek?

„Ik wil dat inderdaad proberen. Oorspronkelijk wilde ik nadat ik mijn boek had geschreven niets meer met Hitler te maken hebben. Ik had iets van: „Nie wieder Hitler” (Nooit meer Hitler, RZ). Maar intussen begint het toch te kriebelen en begin ik me af te vragen wat er in dat jaar is gebeurd. Ik wil niet mijn hele leven boeken over Hitler schrijven, maar dit lijkt me toch een zinvol onderwerp: wat is er met Hitler in 1919 gebeurd, waardoor zijn persoonlijkheid radicaal is veranderd en hij de zijde van de fascisten koos?”

Opmerkelijk is in dit verband natuurlijk het gebrek aan leiderschapskwaliteiten dat hij voor 1918 aan de dag legde en zijn charismatische kwaliteiten na 1919?

„Iedereen is het erover eens dat Hitler eind 1918 uit de oorlog komt als iemand die elke Führer-kwaliteit mist. In de Eerste Wereldoorlog heeft hij het nooit verder geschopt dan Gefreiter. Een Gefreiter is zoiets als een soldaat eerste klas, in ieder geval niet iemand die boven een ander staat. Een bevel heeft Hitler in al die oorlogsjaren nooit gegeven. En nog geen jaar later heeft Hitler zijn stem gevonden en wordt hij door anderen gezien als een charismatisch leider. In minder dan een jaar heeft hij een volledige persoonlijkheidsverandering ondergaan. Dat is toch raadselachtig.”

Adolf Hitler en de Eerste Wereldoorlog. Het ware verhaal, Thomas Weber; uitg. Nieuw Amsterdam, Amsterdam, 2011; ISBN 978 90 468 0919 8; 510 blz.; € 29,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer