11 maart: Japan wordt getroffen door de zwaarste aardbeving in zijn geschiedenis en een tsunami. Er vallen duizenden doden. Na enkele uren volgen berichten over koelingsproblemen en stralingslekken bij Fukushima I, ten noorden van Tokio. In een straal van 10 kilometer moeten bewoners hun huizen verlaten.

12 maart: Een reactorkern raakt verhit; een meltdown dreigt. De druk loopt hoog op en er wordt radioactieve stoom afgeblazen. Na een explosie storten het dak en de buitenmuren van reactor 1 in. Meer mensen worden geëvacueerd. Japan zet Fukushima I op niveau vier (ongeluk met lokale gevolgen) van de INES-schaal van kernrampen.

13 maart: De splijtstofstaven in reactor 3 staan deels droog. Een explosie dreigt. In de reactor ligt plutonium opgeslagen. Ook bij reactor 2 ontstaan problemen. Het stralingsniveau rond de kerncentrale is hoger dan toegestaan. Tientallen omwonenden blijken radioactief besmet.

14 maart: Meer dan tien mensen raken gewond door een waterstofexplosie in reactor 3. Volgens de Japanse regering dreigt in drie reactoren een meltdown. In reactor 2, waar de splijtstofstaven ook droogstaan, is mogelijk al een meltdown geweest.

15 maart: Reactor 4 vliegt na een explosie in brand. In de buitenwand zijn gaten geslagen en er zou straling lekken. Bij reactoren 5 en 6 stijgt de temperatuur licht. Het waterpeil in reactor 2, waar de splijtstofstaven droog stonden, wordt verhoogd. Veel inwoners verlaten Tokio.

16 maart: Opnieuw brand in reactor 4. De straling blijkt te hoog om zeewater en boorzuur op reactor 3 te storten.

17 maart: Militaire helikopters storten ruim 700 ton water op de centrale. Ingenieurs leggen een elektriciteitskabel naar reactor 2 om de koelingssystemen op gang te brengen.

18 maart: Het stralingsniveau ligt tienduizenden keren boven het normale peil. Japan verhoogt het alarmpeil van niveau vier naar vijf (ongeluk met bredere gevolgen) op de INES-schaal.

19 maart: Technici van Tepco bevestigen stroomkabels aan reactoren 1 en 2. In melk en spinazie in de buurt van de kerncentrale wordt een abnormaal hoog stralingsniveau gemeten. In kraanwater in Tokio wordt radioactief jodium aangetroffen.

20 maart: Ook aan reactoren 5 en 6 worden stroomkabels bevestigd. De druk in reactor 3 wordt gestabiliseerd.

21 maart: De druk in reactor 3 loopt toch weer op. In de loop van de dag ontstaat een grijze rookwolk boven de reactor.

22 maart: De stroomvoorziening komt langzaam op gang. Toch lekt de kerncentrale nog altijd radioactiviteit.

23 maart: In elf soorten groenten wordt een grote hoeveelheid radioactieve deeltjes gemeten. De temperatuur in reactor 1 loopt op en uit reactor 3 komt zwarte rook.

24 maart: Het zeewater in de baai bij de centrale blijkt ernstig vervuild. In het water wordt 147 keer zo veel radioactief jodium gemeten als toegestaan. Twee reddingswerkers worden met stralingsziekte opgenomen in een ziekenhuis.